Ik heb een schaafwond

In het kort

In het kort

  • Spoel een schaafwond onder de kraan met lauwwarm water.
  • Gebruik geen zeep of ontsmettingsmiddelen.
  • Haal zandkorrels of grind eruit met een pincet.
  • Laat de wond drogen zonder pleister.
  • Of doe er een pleister op (als er kleding tegen de wond aanschuurt).
  • Schaafwonden genezen meestal zonder problemen of littekens.
  • Is de wond met aarde, straatvuil of mest in contact geweest? Vraag uw huisarts of u een tetanusprik nodig heeft.
  • Wordt de rand van de wond rood, dik en warm of het wondvocht witgeel (pus)? Ga naar uw huisarts.
Wat is het

Wat is een schaafwond?

Bij een schaafwond is de huid open geschuurd, bijvoorbeeld bij vallen op straat.

  • De bovenste laag van de huid is beschadigd.
  • U ziet rode puntjes bloed op de geschaafde huid.
  • Er kan wat helder gelig vocht uit de wond komen. Dit droogt op tot een gele korst.
  • De wond kan pijn doen (prikken of branden).

Behandeling

Behandeling van een schaafwond

Bloedt de schaafwond?

  • Geef zo nodig wat druk op de wond, liefst met een schoon verband of een schone theedoek.
  • Zit de wond aan uw arm of been? Dan kunt u deze verbinden en hooghouden.

Is de schaafwond bijna droog?

Uit een droge schaafwond komt bijna geen vocht of bloed.

  • Spoel de wond met lauwwarm water uit douche of kraan. 1 of 2 minuten spoelen is voldoende.
  • Gebruik geen zeep of ontsmettingsmiddel (dus ook geen jodium, soda of biotex). Uit onderzoek blijkt namelijk dat deze middelen niet beter werken dan spoelen met water om een infectie te voorkomen.
    Is er geen water om mee te spoelen? Dan is een ontsmettingsmiddel, zoals jodium, wel beter dan niets.
  • Zit er vuil in de wond? Veeg de wond dan voorzichtig schoon met een schoon, zacht en nat washandje of een in water gedrenkt gaasje. Veeg de wond niet met watten schoon, want die laten stofdeeltjes in de wond achter.
  • Spoel grotere zandkorrels of steentjes eerst goed uit met kraanwater. Blijven er wat zandkorreltjes zitten, dan kunt u die met een pincet uit de wond halen.
  • Laat de wond aan de lucht drogen. Er vormt zich dan een beschermende korst.
  • Is het een diepere schaafwond of zit de wond onder uw kleding? Dan kunt u de wond afdekken met een gewone pleister. Die geeft bescherming tegen schurende kleding. Doe er 1 of 2 keer per dag een nieuwe pleister op.
  • Kort douchen (minder dan 10 minuten) mag.
  • Doet de wond veel pijn? Neem dan contact op met uw huisarts.

Komt er nog bloed of vocht uit de schaafwond?

Is de wond nat of lekt er nog bloed of wondvocht uit?

  • Breng dan eerst vette gaas (zalfgaas) aan: één laagje maar, dus ook niet dubbelvouwen. Vette gaas zorgt ervoor dat het verband niet aan de wond blijft vastplakken.
  • Breng daarop absorberend verband aan, bijvoorbeeld katoenen of viscose gazen (ook wel kompres genoemd). Deze nemen het vocht uit de wond op.
  • Zet het verband vast met een hydrofiele zwachtel, netverband of pleister.
  • Verwissel het vette gaas en het absorberend verband 1 (of zo nodig 2) keer per dag tot de wond niet meer lekt.
Hoe gaat het verder

Hoe gaat het verder bij een schaafwond?

Een schaafwond geneest meestal snel en zonder problemen.

Soms kan een infectie ontstaan, ook als de wond goed gespoeld is. Controleer daarom elke dag hoe de wond eruit ziet. Neem contact op met uw huisarts bij één of meer tekenen van een infectie:

  • als er troebel witgeel vocht (pus) uit de wond komt;
  • als de wondranden roder, dikker en warm worden of meer pijn doen;
  • als u zich ziek voelt of koorts krijgt.

Het kan zijn dat u een rode streep vanaf de wond ziet ontstaan. Dat is een ontstoken lymfvat (geen bloedvergiftiging). Ook dan geldt: neem contact op met uw huisarts als u zich niet lekker voelt of koorts krijgt.

Wanneer bellen

Wanneer contact opnemen met de huisarts bij een schaafwond?

Neem contact op met uw huisarts in deze gevallen:

  • Als een schaafwond veel bloedt of lang blijft bloeden. Dek de wond dan na het uitspoelen tijdelijk af (tot u bij de huisarts bent), bijvoorbeeld met een schoon verband of een schone theedoek.
  • Als de wond meer vocht begint af te geven.
  • Als u veel pijn heeft.
  • Als u bepaalde bewegingen niet meer kunt maken, bijvoorbeeld met uw arm, pols of been, of met uw vingers of tenen. Dit kan wijzen op een beschadiging van een zenuw, pees of gewricht.
  • Als u ongerust bent.
  • Als een schaafwond met aarde, straatvuil of mest in contact is geweest. De huisarts gaat met u na of u een tetanusprik nodig heeft.
  • Als de schaafwond in contact is geweest met bloed van iemand met hiv, hepatitis B of C of een dier met hondsdolheid (rabiës).
  • Als u extra risico loopt bij een infectie, bijvoorbeeld doordat
    • uw afweer sterk is verminderd door een ziekte (zoals kanker)
    • uw afweer sterk is verminderd door medicijnen (zoals prednison of chemotherapie) of als u geen milt heeft

Ga in de eerste dagen na het ontstaan van de wond naar uw huisarts:

  • als er een of meer tekenen van infectie ontstaan:
    • er komt troebel geelwit vocht (pus) uit de wond
    • de wondranden worden roder, dikker of warmer of doen meer pijn
    • u voelt zich ziek of u krijgt koorts
  • als er na 2 dagen nog weinig verbetering aan de wond te zien is

Let op: Zit de wond op het hoofd? Lees dan ook de informatie over een val, stoot of klap op het hoofd.

prednison

Prednison is een bijnierschorshormoon, ook wel corticosteroïd genoemd.
Bijnierschorshormonen remmen ontstekingen en overgevoeligheidsreacties. Ze zijn ook nodig om energie, mineralen en zouten vrij te maken en op te slaan.

Artsen schrijven prednison voor bij:

  • Ziektes met ernstige ontstekingen. Bijvoorbeeld luchtwegontstekingen (zoals COPD), reumatische aandoeningen (zoals reuma, polymyalgie en jichtaanvallen), darmziekten (namelijk colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn), het syndroom van Sjögren, bepaalde oogontstekingen, clusterhoofdpijn, lupus erythematodes (LE), ernstige huidontstekingen (zoals bij lepra), bepaalde bloedziekten (zoals de bloedstollingsziekte ITP), de ziekte van Duchenne (spierziekte), Bellverlamming (een vorm van gezichtsverlamming), bij nierziektes, zoals het nefrotisch syndroom en bij netelroos. Ook bij ontstekingen bij tuberculose (van het hartzakje en van de hersenen).
    Bij ontstekingsziekten wordt het op verschillende manieren gebruikt: in een hoge dosering voor een paar dagen tot weken (stootkuur) en in een lagere dosering voor meerdere maanden (langdurige behandeling). Artsen schrijven het meestal voor als stootkuur.
  • Prednison wordt ook gebruikt om afstotingsreacties tegen te gaan. Na orgaantransplantaties en als onderdeel van een behandeling bij kanker.
  • Ook wordt het gebruikt om een tekort aan lichaamseigen bijnierschorshormonen aan te vullen. Zoals bij de bijnierziekten de ziekte van Addison, de ziekte van Cushing en het adrenogenitaal syndroom. Als het op deze manier gebruikt wordt heet het substitutietherapie.

Ziektes waarbij prednison wordt gebruikt zijn:

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.
Meer informatie
Deze tekst is aangepast op
NHG

Vond je deze informatie nuttig?

Vond je deze informatie nuttig?
Heb je een tip hoe wij Thuisarts.nl kunnen verbeteren?