Ik krijg een ander merk medicijn. Mag dat?

In het kort

In het kort

  • Je kunt een ander merk medicijn krijgen. Bijvoorbeeld als je oude merk niet meer te leveren is.
  • Het medicijn van het nieuwe merk werkt hetzelfde als het medicijn van het oude merk.
  • De verpakking ziet er anders uit, het medicijn vaak ook.
  • Je arts en apotheker kijken of je veilig een ander merk kunt krijgen.
  • Krijg je een ander merk? Dan geeft de apotheker je daar uitleg over.
  • Krijg je klachten? Bespreek het met je arts of apotheker.
Waarom

Waarom krijg je een ander merk medicijn?

Het kan gebeuren dat je een ander merk medicijn krijgt van de apotheek. Niet omdat je arts, verpleegkundige of praktijkondersteuner dat nodig vindt, maar om een andere reden. Het gebeurt bijvoorbeeld:

  • als een ander merk minder kost
  • als je zorgverzekeraar het oude merk niet vergoedt
  • als het oude merk even niet op voorraad is
  • als het oude merk helemaal niet meer geleverd kan worden
Werking

Werkt het nieuwe merk medicijn hetzelfde als het oude merk?

Het nieuwe merk medicijn werkt op dezelfde manier als het medicijn van het oude merk.

In medicijnen zitten deze stoffen:

  • de werkzame stof
    Dit is de stof die helpt tegen je klachten of ziekte.
  • hulpstoffen
    Dit zijn bijvoorbeeld stoffen die het medicijn langer goed houden.

In het medicijn van het nieuwe merk zit altijd dezelfde werkzame stof als in het medicijn van het oude merk. Het medicijn werkt dus op dezelfde manier.

Het medicijn van het nieuwe merk kan wel andere hulpstoffen hebben. Heel soms kan je lichaam daar niet tegen. Je krijgt dan klachten. Dat gebeurt bijna nooit.

Andere verpakking

De verpakking van het nieuwe merk ziet er anders uit. Het potje of doosje is bijvoorbeeld groter. Of het heeft andere kleuren.
Het medicijn van het nieuwe merk kan er ook anders uitzien of anders smaken. Maar het werkt dus hetzelfde als het medicijn van het oude merk.

Hoe gebruiken

Kun je het nieuwe merk medicijn op dezelfde manier innemen als het oude merk?

Je krijgt van de apotheek een medicijn dat je op dezelfde manier moet gebruiken:

  • Als je een pil had, krijg je nu ook een pil.
  • Spoot je je medicijn met een prik, dan krijg je nu weer een prik.
  • Kreeg je een zalf, dan krijg je nu ook een zalf.

Hoeveel en hoe vaak?

Het medicijn van het nieuwe merk heeft evenveel milligram van de werkzame stof. Je gebruikt het dus even vaak als het oude merk.

Heel soms is er geen medicijn meer met evenveel milligram. Van je apotheker krijg je daar informatie over. En uitleg hoe je het nieuwe merk medicijn moet gebruiken.

Veilig

Is het veilig om bij medicijnen van merk te wisselen?

Meestal is het veilig om bij medicijnen van merk te wisselen. Het gaat meestal zonder problemen.

Als je wisselt van merk, zorgen de arts en apotheker ervoor dat dat veilig gebeurt. Daar zijn afspraken over.
Bijvoorbeeld:

  • De apotheker geeft je informatie over het nieuwe merk. Je krijgt die informatie mee op papier of in een e-mail. De apotheker kan je ook in een gesprek meer uitleg geven over het nieuwe merk.
  • Als je het moeilijk vindt om het nieuwe merk te gebruiken, kan de apotheker je begeleiden.
  • Het is beter om niet vaker dan 1 keer in de 2 jaar te wisselen van merk. Vaak wisselen kan voor problemen zorgen. Je kunt je medicijnen bijvoorbeeld verkeerd gaan gebruiken.

Bijwerkingen

Het kan zijn dat je bijwerkingen krijgt van het nieuwe merk. Of andere bijwerkingen dan bij het oude merk.
Heb je veel last van bijwerkingen? Vertel dit dan aan je arts of apotheker. Samen kun je dan naar een oplossing zoeken.

Meer problemen

Soms kan wisselen van merk meer problemen geven. Dat is zo bij sommige medicijnen en in sommige situaties. Daarvan zijn lijsten gemaakt. Je arts en apotheker controleren altijd of je een ander merk medicijn mag krijgen.

Niet wisselen

Bij welke medicijnen mag je niet van merk wisselen?

Bij sommige medicijnen kan wisselen van merk grote problemen geven. Het gaat om deze medicijnen:

  • medicijnen bij epilepsie: carbamazepine, fenobarbital, oxcarbazepine, primidon en valproïnezuur
  • medicijnen die je afweer minder sterk maken: azathioprine, ciclosporine, everolimus en tacrolimus
  • andere medicijnen: flecaïnide, acenocoumarol, lithium, digoxine en levothyroxine

Als je een ander merk krijgt bij deze medicijnen, kan dat gevaarlijk zijn:

  • Als je maar iets te veel binnenkrijgt, is het medicijn snel giftig.
  • Als je maar iets te weinig binnenkrijgt, werkt het medicijn al snel niet meer.

Slik je 1 van deze medicijnen en krijg je toch een ander merk? Bespreek het dan meteen met de apotheker.

Download de lijst met medicijnen waarbij je niet van merk mag wisselen.

Wat gebeurt er als je merk er niet is?

Is je eigen merk er niet, bijvoorbeeld doordat het niet geleverd is? Dan moet de apotheker je wel een ander merk geven. De apotheker geeft je dan goede uitleg. Soms is dat genoeg. Soms zijn controles bij de arts nodig.

Is je oude merk er weer? Dan kun je dat weer krijgen. Ook dan begeleiden je apotheker en je arts je goed.

acenocoumarol

Acenocoumarol is een antistollingsmiddel.

Artsen schrijven het voor bij trombose, na een hartinfarct, beroerte (herseninfarct) of TIA en bij hartritmestoornissen.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

azathioprine

Azathioprine onderdrukt afweerreacties van het lichaam.

Artsen schrijven het voor bij verschillende aandoeningen, zoals na een transplantatie om afweerreacties te onderdrukken, bij chronische darmziekten zoals de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa, reumatoïde artritis, multiple sclerose (MS), de spierziekte myasthenia gravis en lupus erythematodes (LE).

Artsen schrijven het ook voor bij bepaalde ernstige huidaandoeningen, zoals pemphigus vulgaris, dermatomyositis, polymyositis en zeer ernstig eczeem.

Verder schrijven ze het voor bij bepaalde bloedstollingsziekten, bij bloedarmoede door afbraak van de rode bloedcellen en bij een bepaalde vorm van chronische leverontsteking.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

carbamazepine

Carbamazepine brengt overprikkelde zenuwen in de hersenen tot rust.

Artsen schrijven het voor bij epilepsie, zenuwpijn, diabetes insipidus, manie en alcoholontwenning.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

digoxine

Digoxine behoort tot de groep geneesmiddelen die hartglycosiden worden genoemd. Digoxine verbetert de pompkracht van het hart en zorgt voor een regelmatige rustige hartslag.

Artsen schrijven het voor bij hartfalen en hartritmestoornissen.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

everolimus

Everolimus is een afweeronderdrukker (immuno-suppressivum). Het remt ontstekingen en afweerreacties. Everolimus is ook een doelgericht kankerremmend middel ('targeted therapy'). Het is een zogenaamde kinaseremmer, deze medicijnen remmen de groei van kankercellen.

Artsen schrijven het voor na een orgaantransplantatie om afweerreacties te onderdrukken.
Artsen schrijven het ook voor bij bepaalde vormen van kanker in de nieren, lever, alvleesklier, maag en darmen, longen, hersenen en borst.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

fenobarbital

Fenobarbital beïnvloedt de informatieoverdracht via zenuwen in de hersenen.

Artsen schrijven het voor bij epilepsie.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

flecaïnide

Flecaïnide laat het hart langzamer en regelmatiger kloppen.

Artsen schrijven het voor bij bepaalde hartritmestoornissen.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

levothyroxine

Levothyroxine is een schildklierhormoon.

Artsen schrijven het voor bij een te trage schildklierwerking en als toevoeging op de medicijnen die worden gebruikt bij een te snelle schildklierwerking.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

lithium

Lithium vermindert hevige stemmingsschommelingen.

Artsen schrijven het voor bij depressie en clusterhoofdpijn. Ook wanneer u te veel energie heeft waardoor u bijvoorbeeld niet genoeg slaapt. Dit wordt een manie genoemd.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

oxcarbazepine

Oxcarbazepine is een middel tegen epilepsie. Het beïnvloedt de informatieoverdracht via de zenuwen in de hersenen.

Artsen schrijven het voor bij epilepsie en soms bij zenuwpijn.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

primidon

Primidon beïnvloedt de informatieoverdracht via zenuwen in de hersenen.

Artsen schrijven het voor bij epilepsie en soms bij essentiële tremor (beven en trillen).

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

tacrolimus

Tacrolimus is een afweeronderdrukker (immuno-suppressivum). Het remt ontstekingen en afweerreacties.

Artsen schrijven het voor na een orgaantransplantatie om afweerreacties te onderdrukken.
Artsen schrijven het soms voor bij nierziekten, zoals glomerulosclerose en nefrotisch syndroom.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

valproïnezuur

Valproïnezuur beïnvloedt de informatieoverdracht via zenuwen in de hersenen. Het wordt toegepast bij verschillende ziektes.

Artsen schrijven valproïnezuur voor bij epilepsie en manie. Artsen schrijven het soms voor bij migraine en bij voortdurende hik.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.
Wisselen met begeleiding

Bij welke medicijnen mag je alleen met begeleiding van merk wisselen?

Er zijn ook medicijnen waarbij je erge klachten kunt krijgen als je ze verkeerd of niet gebruikt. Bij deze medicijnen mag je wel van merk wisselen. Maar dat mag alleen als je daarbij goede begeleiding krijgt. Die begeleiding krijg je van de apotheker. Soms ook van je arts.

Download de lijst met medicijnen waarbij je alleen met begeleiding van merk mag wisselen.

Let op in deze situaties

In welke situaties mag je niet zomaar van merk medicijn wisselen?

Of je een ander merk medicijnen mag krijgen, hangt ook af van je eigen situatie. In sommige situaties is het niet verstandig om van merk te wisselen. Bijvoorbeeld:

  • Als je minder goed kunt nadenken, leren of onthouden, bijvoorbeeld door dementie.
  • Als je een ernstige psychische ziekte hebt, zoals een psychose.
  • Als je een ziekte hebt waarbij het heel belangrijk is om altijd precies evenveel medicijnen in te nemen. En waarbij je de medicijnen altijd op dezelfde manier moet innemen. Bijvoorbeeld de ziekte van Parkinson.
  • Als je erg slecht ziet. Dan is het belangrijk dat de verpakking goed herkenbaar is.
  • Als je al eerder van merk medicijnen bent gewisseld en toen de medicijnen verkeerd bent gaan gebruiken.
  • Als je allergisch bent voor 1 of meer hulpstoffen.

Je arts bekijkt of wisselen van merk in jouw situatie veilig kan. Is dat niet veilig? Dan kan je arts dit doorgeven aan de apotheek. Je arts zet dan ‘medische noodzaak’ op het recept van je medicijn.

Begeleiding

Van wie krijg je begeleiding als je van merk medicijnen wisselt?

Als je van merk medicijnen wisselt, kun je altijd begeleiding krijgen van de apotheker.

  • Je apotheker stuurt je een e-mail met informatie of geeft je de informatie mee op papier.
  • Ook heeft de apotheker een gesprek met je over het nieuwe medicijn.
    Je apotheker vertelt bijvoorbeeld waarom je een ander merk krijgt en hoe de nieuwe verpakking eruitziet. Ook vertelt de apotheker dat je eerst je oude medicijn moet opmaken voordat je met het nieuwe merk begint.

Klachten bij het nieuwe merk

Het kan zijn dat je klachten krijgt als je begonnen bent met het nieuwe merk. Bespreek dit dan met de apotheker.

Of bespreek het met de arts die je het recept heeft gegeven voor het medicijn:

  • Heeft je huisarts het recept gegeven? Bespreek je klachten dan met je huisarts.
  • Heeft een arts in het ziekenhuis het recept gegeven? Bespreek je klachten dan met die arts.

Extra bloed-onderzoek

Bij sommige medicijnen moet je bloed vaker gecontroleerd worden als je een ander merk krijgt. De uitslag van het bloed-onderzoek bespreek je ook met je arts.

Hoe gaat het verder

Hoe gaat het verder nadat je een ander merk medicijn hebt gekregen? 

Meestal gaat het wisselen van merk medicijn zonder problemen. Het medicijn werkt net zo goed. En je krijgt geen bijwerkingen.

Soms heb je een tijd begeleiding nodig om te wennen aan het nieuwe merk. Deze begeleiding krijg je van de apotheker. Kun je er niet aan wennen? Praat dan opnieuw met de apotheker.

Als je bijwerkingen krijgt, kun je die met je arts of apotheker bespreken. Misschien kun je nog een ander merk krijgen. Of een ander medicijn. Stop nooit zomaar met een medicijn. Bespreek het altijd eerst met je arts of apotheker.

Terug naar het oude medicijn?

  • Soms werkt het nieuwe merk medicijn bij jou toch niet goed. Of je krijgt er te veel bijwerkingen van. Soms kun je dan je oude merk weer krijgen. Bespreek dit met je arts.
  • Soms was het oude merk een tijdje niet te leveren. Als het oude merk er weer is, kun je het weer krijgen.
  • Soms werkt het nieuwe merk bij jou wel goed, maar wil je toch liever het oude merk terug. Dat kan soms, maar de verzekeraar vergoedt het dan niet. Je moet het medicijn dan zelf betalen.
Vragen

Vragen over het nieuwe merk medicijn

Het kan zijn dat je nog vragen hebt over het nieuwe merk medicijn. Bespreek die met je apotheker. Bijvoorbeeld in deze situaties:

  • Je hebt een ander merk medicijn gekregen. En je hebt daarbij geen uitleg van de apotheker gekregen.
  • Je krijgt klachten bij gebruik van het nieuwe merk.
  • Je krijgt vaker dan 1 keer in de 2 jaar een ander merk medicijn.
  • Je bent allergisch voor bepaalde hulpstoffen in een medicijn.

Heb je daarna toch nog vragen of klachten? Of voel je je onzeker door het nieuwe merk medicijn? Vraag dan of je apotheker overlegt met de arts die het medicijn heeft voorgeschreven.

Meer informatie
Deze tekst is aangepast op
NHG

Vond je deze informatie nuttig?

Vond je deze informatie nuttig?
Heb je een tip hoe wij Thuisarts.nl kunnen verbeteren?