In het kort
- Tetanus is een ernstige ziekte die wordt veroorzaakt door de tetanusbacterie.
- Besmetting gaat via dierenbeten en wonden waar straatvuil, aarde of mest in komt.
- Bijna alle mensen in Nederland zijn als kind tegen tetanus ingeënt. Daardoor komt het hier bijna niet meer voor.
- Heeft u een diepe of vuile wond? En heeft u (meer dan) 10 jaar geleden voor het laatst een tetanusprik gehad? Dan heeft u mogelijk 1 of meer nieuwe prikken nodig. Bel uw huisarts.
- Gaat u een verre reis maken en heeft u uw laatste tetanusinjectie (meer dan) 10 jaar geleden gehad? Bel de GGD of uw huisarts.
- Een nieuwe inenting geeft weer 10 jaar lang bescherming tegen tetanus.
- Voor dierenartsen, boeren en vuilnisophaalmedewerkers is het verstandig om zich elke 10 jaar te laten inenten.
Wat is tetanus?
Tetanus (wondkramp) is een besmettelijke ziekte die wordt veroorzaakt door de tetanusbacterie. De bacterie kan in het lichaam komen via een wond waar vuil in is gekomen, zoals straatvuil, mest of aarde. U kunt de bacterie ook oplopen via een brandwond of een dierenbeet.
Mensen kunnen elkaar niet besmetten.
Tetanus is een ernstige ziekte, waar vroeger veel mensen aan stierven. Omdat in Nederland bijna alle mensen als kind tegen tetanus worden ingeënt, komt het hier gelukkig bijna niet meer voor. In landen met slechte medische voorzieningen komt tetanus vaker voor.
Bent u niet (volledig) ingeënt en heeft u de tetanusbacterie opgelopen? Dan wordt u meestal binnen 3 weken ziek. Van tetanus kunt u ernstige spierkrampen, slikklachten en ademhalingsproblemen krijgen. U moet zo snel mogelijk behandeld worden.
Zonder behandeling kunt u door tetanus overlijden.
Inenting tegen tetanus bij kinderen
Kinderen worden in het eerste levensjaar 3 keer tegen tetanus ingeënt, de eerste keer als ze 3 maanden zijn. De prik tegen tetanus (T) zit samen met de prik tegen difterie (D), kinkhoest (K) en polio (P) in de DKTP-prik. Deze prikken worden op het consultatiebureau gegeven.
Elke prik helpt uw kind aan een betere bescherming. Na 3 prikken (gegeven bij 3, 5 en 11 maanden) zijn kinderen beschermd tegen tetanus. De vervolgprikken (4 jaar en 9 jaar) zorgen voor een langere bescherming. De prik tegen tetanus bij 9 jaar zit samen met de prik tegen difterie en polio in de DTP-prik.
Als u als kind alle prikken tegen tetanus volgens het schema gekregen heeft, geeft dit een zeer goede bescherming van zeker 10 jaar. Dat is dus tot en met de leeftijd van 19 jaar. De inenting beschermt dus niet voor de rest van uw leven.
Wanneer heb ik kans op tetanus?
Wonden
U heeft kans op tetanus, als u een wond heeft opgelopen waar (mogelijk) vuil in zit. Het gaat om deze wonden:
- snij- of schaafwond waar straatvuil, aarde of mest in kan zitten
- dierenbeet
- diepe brandwond (tweede- of derdegraads)
Verre reis
Gaat u een verre reis maken en is het langer dan 10 jaar geleden dat u bent ingeënt tegen tetanus? Dan kan het verstandig zijn om opnieuw een prik te laten zetten. Neem hierover contact op met de GGD of uw huisarts.
Werk
Er zijn beroepen met een grotere kans op besmetting met tetanus. Voor mensen met zo'n beroep is het verstandig om zich elke 10 jaar opnieuw te laten inenten. Het gaat om deze beroepen:
- dierenartsen en vee-artsen
- hoveniers
- land- en tuinbouwers
- veetelers
- vuilnisophaalmedewerkers
- mensen die veel met paarden werken
Adviezen bij een wond
Schoonmaken van de wond
Heeft u een schaaf- of snijwond waar aarde, straatvuil of mest in is gekomen? Spoel de wond dan goed schoon met kraanwater.
Gebruik geen zeep of ontsmettingsmiddel (dus ook geen jodium, soda of biotex). Is er geen water om mee te spoelen? Dan is een ontsmettingsmiddel, zoals jodium, wel beter dan niets.
Bent u gebeten door een dier of mens? Spoel de bijtwond goed uit onder de kraan met lauw water. Dek een grote wond na het uitwassen af, bijvoorbeeld met een schoon verband of een schone doek.
Heeft u een brandwond? Koel dan direct 10 tot 20 minuten met lauw stromend kraanwater. Laat kleding alleen zitten als die aan de wond plakt en moeilijke loskomt.
Tetanusprik nodig?
Neem contact op met de huisarts om uw wond te laten bekijken. De arts zal dan ook nagaan of en wanneer u tegen tetanus bent ingeënt.
U heeft geen prik tegen tetanus nodig:
- als u als kind alle prikken tegen tetanus heeft gehad én
- jonger bent dan 20 jaar óf
- minder dan 10 jaar geleden nog eens tegen tetanus bent ingeënt.
U heeft ook geen prik tegen tetanus nodig bij:
- een schone wond
- een eerstegraads brandwond (zonder blaren)
- een klein tweede- of derdegraads brandwondje
In andere gevallen: bel uw huisarts. U heeft mogelijk een of meer prikken nodig.
Het is het beste als u de inenting(en) zo snel mogelijk na de verwonding krijgt. Als dat niet gebeurd is, laat het dan toch nog doen. Het inenten kan tot uiterlijk 3 weken na de verwonding.
Het tetanusvaccin
Kinderen
Kinderen krijgen de tetanusinenting in een combinatieprik: de eerste inentingen zijn met de DKTP-prik, op oudere leeftijd krijgen ze de DTP-prik.
Wonden, verre reis, werk
Als u opnieuw een tetanusprik nodig heeft, kan weer de DTP-prik gegeven worden of een 'losse' tetanusprik. Er wordt meestal gekozen voor de DTP-prik. Deze prik beschermt namelijk ook tegen difterie (D) en polio (P). Verder zit er in de DTP-prik geen thiomersal. In het losse tetanusvaccin zit dit wel. Thiomersal is een conserveermiddel waar kwik in zit. Er is geen bewijs dat thiomersal schadelijk is tijdens de zwangerschap. Toch krijgen zwangeren die tegen tetanus moeten worden ingeënt vaak de DTP-prik.
tetanusvaccin
Het tetanusvaccin bevat onschadelijk gemaakte gifstoffen van tetanusbacteriën. Het beschermt tegen infecties met de tetanus-bacterie.
Het wordt gegeven als vaccinatie aan mensen die meer kans hebben op een tetanus-infectie.
Voor meer informatie zie Apotheek.nl.Wanneer contact opnemen?
Wonden
Het is het beste als u de inenting(en) tegen tetanus zo snel mogelijk na de verwonding krijgt. Als dat niet gebeurd is kan het ook tot 3 weken na de verwonding.
Bel uw huisarts als u een snij- of schaafwond heeft waar (mogelijk) vuil in zit én 1 van de volgende dingen klopt voor u:
- Het is (meer dan) 10 jaar geleden dat u voor het laatst tegen tetanus bent ingeënt.
- U bent nog nooit tegen tetanus ingeënt.
- U weet niet of u ooit tegen tetanus bent ingeënt.
- Uw afweer is verminderd door bijvoorbeeld medicijnen (zoals prednison) of chemotherapie of doordat uw milt is verwijderd.
Bel bij een bijtwond altijd met uw huisarts. Het kan zijn dat u een tetanusinjectie of antibiotica nodig heeft. Kijk voor meer informatie bij Ik heb een bijtwond.
Bij verbranding is direct koelen met lauw water het allerbelangrijkst. Doe dit 10 tot 20 minuten.
Bel daarna de huisarts in de volgende situaties:
- U heeft een blaar in uw gezicht, op uw handen, voeten of geslachtsdelen.
- De brandwond is groter dan de helft van de hand van degene die zich heeft verbrand.
- De verbrande plek is geelwit, bruin of zwart en doet géén pijn.
- De brandwond is bij een baby of kleuter.
Verre reis
Neem contact op met de GGD of uw huisarts als u een verre reis gaat maken en u uw laatste tetanusinjectie (meer dan) 10 jaar geleden gehad heeft.
Werk
Heeft u een beroep met een grote kans op wondjes én contact met aarde, straatvuil of mest? Zorg er dan voor dat u elke 10 jaar opnieuw tegen tetanus wordt ingeënt.
prednison
Prednison is een bijnierschorshormoon, ook wel corticosteroïd genoemd.
Bijnierschorshormonen remmen ontstekingen en overgevoeligheidsreacties. Ze zijn ook nodig om energie, mineralen en zouten vrij te maken en op te slaan.
Artsen schrijven prednison voor bij:
- Ziektes met ernstige ontstekingen. Bijvoorbeeld luchtwegontstekingen (zoals COPD), reumatische aandoeningen (zoals reuma, polymyalgie en jichtaanvallen), darmziekten (namelijk colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn), het syndroom van Sjögren, bepaalde oogontstekingen, clusterhoofdpijn, lupus erythematodes (LE), ernstige huidontstekingen (zoals bij lepra), bepaalde bloedziekten (zoals de bloedstollingsziekte ITP), de ziekte van Duchenne (spierziekte), Bellverlamming (een vorm van gezichtsverlamming), bij nierziektes, zoals het nefrotisch syndroom en bij netelroos. Ook bij ontstekingen bij tuberculose (van het hartzakje en van de hersenen).
Bij ontstekingsziekten wordt het op verschillende manieren gebruikt: in een hoge dosering voor een paar dagen tot weken (stootkuur) en in een lagere dosering voor meerdere maanden (langdurige behandeling). Artsen schrijven het meestal voor als stootkuur. - Prednison wordt ook gebruikt om afstotingsreacties tegen te gaan. Na orgaantransplantaties en als onderdeel van een behandeling bij kanker.
- Ook wordt het gebruikt om een tekort aan lichaamseigen bijnierschorshormonen aan te vullen. Zoals bij de bijnierziekten de ziekte van Addison, de ziekte van Cushing en het adrenogenitaal syndroom. Als het op deze manier gebruikt wordt heet het substitutietherapie.
Ziektes waarbij prednison wordt gebruikt zijn:
Voor meer informatie zie Apotheek.nl.Meer informatie over tetanusvaccinaties
Meer informatie over tetanus vindt u bij het RIVM en in de LCI-richtlijn Tetanus.
De informatie over tetanus is gemaakt met de richtlijn voor huisartsen over Tetanusprofylaxe.