Wanneer beval ik met een keizersnede?

In het kort

In het kort

  • Een keizersnede is een operatie waarbij de baby door een snee in de buik geboren wordt.
  • Een keizersnede is nodig als een gewone vaginale bevalling niet kan of gevaarlijk is voor jou of je baby.
  • In sommige situaties kun je zelf kiezen wat je wilt: een keizersnede of een vaginale bevalling.
  • Een keizersnede brengt voor de moeder risico’s met zich mee, zoals bloedingen, wondinfecties en problemen bij een volgende bevalling.
  • Voor het kind is een keizersnede niet beter of slechter dan een vaginale bevalling.
Wat is het

Wat is een keizersnede?

Een keizersnede is een operatie waarbij de baby via een snee in de buik geboren wordt.

De gynaecoloog maakt een snee in je buik en baarmoeder en haalt de baby daardoor naar buiten. De baby wordt meestal binnen 5 minuten na het begin van de operatie geboren.

De hele operatie duurt ongeveer 30-45 minuten. Na de keizersnede blijf je zo'n 2 tot 3 dagen in het ziekenhuis

Wat merk je

Wanneer beval ik met een keizersnede?

Een keizersnede is nodig als een gewone vaginale bevalling niet kan of gevaarlijk is voor jou of de baby.

  • Is dit tijdens je zwangerschap al duidelijk? Je weet dan dat je een geplande keizersnede krijgt.
  • Wordt dit tijdens je bevalling duidelijk? Je krijgt dan een ongeplande keizersnede.

Ongeveer 17 van de 100 vrouwen bevallen in Nederland met een keizersnede. Bij de helft is dat gepland, bij de andere helft ongepland.

Gepland

Wanneer is een geplande keizersnede nodig?

Er zijn situaties waarin een gewone vaginale bevalling niet mogelijk of gevaarlijk is voor de moeder of het kind. Bijvoorbeeld:

  • als de baby dwars ligt;
  • als de placenta (moederkoek) voor de uitgang van de baarmoeder ligt.

In deze situaties is een keizersnede de enige mogelijkheid.

Er zijn ook situaties waarin je samen met de gynaecoloog besluit dat een keizersnede beter voor je is. Vaginaal bevallen heeft dan meer nadelen dan een keizersnede.

Bijvoorbeeld:

  • Als je meer risico hebt om incontinent te worden voor ontlasting (poep) doordat je vagina uitscheurt. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren als je een operatie dichtbij de anus hebt gehad of als je daar een ontsteking hebt.
  • Als je baby een afwijking heeft waardoor een vaginale bevalling moeilijker gaat.
Zelf beslissen

Wanneer kan ik zelf beslissen over een keizersnede of een vaginale bevalling?

Soms is minder duidelijk wat het beste is: een vaginale bevalling of een keizersnede. Bijvoorbeeld in deze gevallen:

Je bespreekt met de gynaecoloog welke voor- en nadelen er voor jou zijn. Je beslist zelf. De gynaecoloog helpt je hierbij. Hier is ook een keuzehulp over.

Zorgen en angst

Zorgen over een vaginale bevalling

Denk je dat je beter met een keizersnede kunt bevallen? Bijvoorbeeld omdat je bang bent voor een vaginale bevalling of omdat je vervelende ervaringen hebt?

Bespreek je zorgen en ervaringen met je verloskundige of gynaecoloog. Doe dat het liefst aan het begin van je zwangerschap. Zij verdiepen zich in je situatie.

Een vaginale bevalling is medisch gezien het veiligst voor jou en je baby (als er geen medische reden is voor een keizersnede). Daarom bespreekt de verloskundige of gynaecoloog of er andere oplossingen zijn die je vertrouwen geven. Bijvoorbeeld:

  • Een behandeling voor je angst, zoals gesprekken met een psycholoog of EMDR.
  • Afspraken over pijnstilling, zoals een ruggenprik direct bij het begin van de bevalling.
  • Iemand die continu bij je blijft tijdens de bevalling, zoals een doula.

Is er voor jou geen goede oplossing? Soms kom je met de gynaecoloog tot de conclusie dat een keizersnede voor jou het beste is.

Niet gepland

Wanneer is een keizersnede nodig tijdens een vaginale bevalling?

Zo’n 10 tot 15 van de 100 vrouwen die voor de eerste keer vaginaal gaan bevallen, krijgen een keizersnede.

Op verschillende momenten tijdens de bevalling kan blijken dat een keizersnede nodig is:

Tijdens de ontsluiting

  • De gynaecoloog schat in dat er kans is dat de baby zuurstoftekort krijgt.
  • De ontsluiting gaat niet verder. Ontsluiting krijgen betekent dat de baarmoedermond open gaat. De ontsluiting moet 10 centimeter worden om de baby erdoor te kunnen laten. Bij een eerste bevalling is vaak meer tijd nodig dan bij een volgende bevalling om zoveel ontsluiting te krijgen.
    • Gaat de ontsluiting niet verder? Dan kun je ervoor kiezen om medicijnen te nemen om de weeën sterker te maken. Zo nodig krijg je pijnstilling.
    • Gaat de ontsluiting ondanks goede weeën nog steeds niet verder? Dan is een keizersnede beter.

Tijdens het persen

  • Zijn de weeën sterk genoeg, maar komt het hoofd niet dieper?
  • Of gaat de conditie van de baby achteruit?

    Dan kan de gynaecoloog een vacuümpomp gebruiken om de baby geboren te laten worden.
    Ligt het hoofd niet diep genoeg? Dan is een keizersnede beter.
Risico's voor de baby

Wat zijn de risico's voor de baby bij een keizersnede?

Bij een keizersnede of een vaginale bevalling komen ernstige problemen (complicaties) weinig voor.

Voor de baby is een keizersnede niet beter of slechter dan een gewone bevalling. Bij een vaginale bevalling komt wat vaker een moeilijke geboorte van de schouders voor. De baby heeft bij een geplande keizersnede wel vaker tijdelijk ademhalingsproblemen.
Deze problemen komen gelukkig weinig voor.

Hormonen

Krijg je een keizersnede tussen week 34 en week 37 van je zwangerschap? Bespreek dan met je arts de voordelen en nadelen van hormonen krijgen. Deze hormonen worden ook corticosteroïden of longrijpings-prikken genoemd. De arts zet deze prik in je bil of bovenbeen. Na 24 uur krijg je een tweede prik.

Deze prikken zorgen dat de longen van je baby zo goed mogelijk werken als je baby geboren wordt. Je baby heeft dan na de geboorte een kleinere kans op problemen met ademhalen.

Problemen met ademhalen bij een geplande keizersnede

Bij een geplande keizersnede heeft een baby meer vocht in de longen. De ademhaling kan hierdoor moeilijker op gang komen. Soms heeft de baby beademing nodig. Als het nodig is, blijft de baby een paar dagen aan de monitor. Soms is een opname op een intensive care nodig.
Hoe verder de zwangerschap is, hoe kleiner de kans hierop is. Daarom doen artsen een geplande keizersnede het liefst na 39 weken zwangerschap.

Risico's voor de moeder

Wat zijn de risico's voor de moeder bij een keizersnede?

Voor de moeder geeft een keizersnede iets meer risico dan een vaginale bevalling. Als er geen medische reden is voor een keizersnede, is een vaginale bevalling dus iets veiliger voor de moeder.

Risico’s voor de moeder bij een keizersnede

  • bloedingen
    Bij een keizersnede verlies je meestal meer bloed dan bij een vaginale bevalling. Daarom krijg je vaak een medicijn om de baarmoeder goed te laten samentrekken. Door bloedverlies kun je bloedarmoede krijgen. Soms is een bloedtransfusie nodig.
  • nabloeding
    Na de operatie kan een bloeding in je buik of vaginaal ontstaan. Dit komt soms voor.
  • trombose
    Bij trombose sluit een bloedprop een bloedvat af. Je kunt trombose krijgen in een been of in je longen (longembolie). Trombose in je longen kan gevaarlijk zijn.
    Je krijgt de eerste dagen prikken met bloedverdunners. Hierdoor is de kans op trombose kleiner.
  • wondinfectie
    Bij sommige vrouwen gaat de wond ontsteken. Het kan een paar weken duren voordat de ontsteking over is. Om de kans op wondinfectie kleiner te maken, krijg je tijdens de keizersnede medicijnen tegen ontstekingen door een bacterie (antibiotica).
  • schade aan darmen en urinewegen
    Dit komt heel weinig voor.
  • problemen bij een volgende bevalling
    Bij een volgende zwangerschap is er bij een vaginale bevalling een grotere kans dat het litteken van de keizersnede scheurt. Dit komt bij ongeveer 8 van de 1000 vrouwen voor.
    En na 1 of meerdere keizersnedes is de kans groter dat de placenta (moederkoek) voor de uitgang ligt of ingroeit in het litteken. Er is dan vaak veel bloedverlies. Als dat gebeurt, kan het nodig zijn om de baarmoeder te verwijderen.

Wanneer heb je een grotere kans op deze risico's?

Je heb een grotere kans op de problemen die hierboven staan als 1 of meer van deze dingen zo zijn:

  • Je krijgt een ongeplande keizersnede.
  • Je bent te zwaar (overgewicht).
  • Je hebt diabetes.
  • Je hebt al 2 keer een keizersnede gehad.

Andere risico's

Andere mogelijke risico’s zijn:

  • Bijwerkingen van de ruggenprik of narcose. Bijvoorbeeld misselijk zijn, hoofdpijn of pijn in de rug op de plek van de prik. Meestal gaan deze klachten na een paar dagen over.
  • Psychische klachten, zoals depressieve gevoelens. De kans daarop is groter bij een ongeplande keizersnede.
Meer informatie

Meer informatie over keizersnede

We hebben deze informatie gemaakt met:

Deze tekst is aangepast op
FMS

Vond je deze informatie nuttig?

Vond je deze informatie nuttig?
Heb je een tip hoe wij Thuisarts.nl kunnen verbeteren?