Ik ben overspannen

In het kort

In het kort

  • Gebeurtenissen, verplichtingen en problemen kunnen veel spanning geven.
  • Lukt het u niet om met die spanning om te gaan? Dan raakt u overspannen.
  • Overspanning geeft klachten zoals moeheid, slaapproblemen, prikkelbaarheid, piekeren, concentratie- en geheugenproblemen.
  • U heeft het gevoel dat u geen grip meer heeft op uw situatie.
  • Het lukt u niet meer om uw dagelijkse bezigheden goed te blijven doen.
  • U herstelt in 3 fasen. Dit duurt vaak enkele maanden.
    1) Accepteer dat u overspannen bent en neem rust.
    2) Zet de oorzaken op een rij en bedenk oplossingen.
    3) Voer de bedachte oplossingen uit.
Film

Film

Wat is het

Wat is overspanning?

Soms is het leven ineens veel zwaarder: er zijn problemen, er is iets naars gebeurd, of u krijgt minder steun uit uw omgeving. Als dit allemaal bij elkaar meer van u vraagt dan u aankunt, raakt u overbelast.

U verliest het overzicht en raakt de grip op de situatie kwijt. U krijgt klachten waardoor u uw dagelijkse bezigheden niet meer goed kunt doen. Bijvoorbeeld thuis, op uw werk of voor uw studie. We noemen dit overspanning.

Bestaan de klachten langer dan een half jaar? En bent u vooral moe en uitgeput? Dan noemen we het een burn-out.

Wat merk je

Wat zijn de klachten bij overspanning?

Bij overspanning heeft u last van deze drie dingen:

1) U heeft tenminste 3 spanningsklachten zoals:

  • moeheid
  • onrustig slapen
  • prikkelbaar zijn (snel boos of geïrriteerd)
  • niet tegen drukte of lawaai kunnen
  • gemakkelijk huilen
  • piekeren
  • een gejaagd gevoel
  • moeite uw aandacht erbij te houden (concentreren) en/of dingen te onthouden (geheugen)

2) U heeft het gevoel dat u de vele problemen in uw leven niet meer aankunt. U voelt zich machteloos, alsof u geen grip meer heeft op uw situatie. Alsof u de controle over uw leven verliest.

3) Het lukt u niet meer om uw dagelijkse bezigheden goed te blijven doen. Bijvoorbeeld op uw werk of studie, thuis, in uw contacten of in het verkeer.

Andere klachten?

Iemand die overspannen is kan, als reactie daarop, soms ook lichamelijke klachten krijgen, zoals

  • lichamelijke moeheid (elke stap is teveel)
  • hoofdpijn
  • duizeligheid
  • pijn op de borst
  • hartkloppingen
  • maagklachten of buikpijn
Oorzaken

Hoe ontstaat overspanning?

U raakt overspannen wanneer u veel spanning (stress) heeft in uw leven en het u niet (meer) lukt om daarmee om te gaan.

Spanning hoort bij het leven. Een beetje spanning is vaak prettig en maakt u alert. Maar u kunt zich onprettig gaan voelen als er te veel spanning is en als het te lang duurt, bijvoorbeeld:

  • u wilt te veel tegelijk
  • er wordt al lange tijd te veel van u gevraagd, bijvoorbeeld thuis, op uw werk of bij uw studie
  • uw omstandigheden zitten tegen: u heeft bijvoorbeeld geldschulden of relatieproblemen
  • u ervaart te weinig steun uit uw omgeving

Dat geeft extra spanning. Lukt het u niet om iets aan de situatie te veranderen, of om anders met de spanning om te gaan? Dan raakt u overspannen. U verliest het overzicht en raakt de grip op de situatie kwijt. Het lukt u dan niet meer om de gewone dingen te blijven doen, bijvoorbeeld op uw werk of studie, thuis, of in het verkeer.

Welke dingen kunnen extra spanning geven?
Soms kan iemand door één heftige gebeurtenis overspannen raken. Vaak zijn er verschillende dingen die samen te veel spanning geven, bijvoorbeeld:

  • verplichtingen
  • problemen
  • gebeurtenissen
Onderzoeken

Twijfelt u of u overspannen bent?

Uw huisarts kan in één of meer gesprekken herkennen of u overspannen bent. Ook informatie van uw partner of familie is hierbij nuttig. Soms geeft de huisarts u een vragenlijst. Dit helpt mee om vast te stellen of u overspannen bent.

Gebeurtenissen

Gebeurtenissen

Zowel ernstige als leuke gebeurtenissen kunnen extra spanning geven, bijvoorbeeld

  • het ernstig ziek worden van een naaste
  • een verhuizing
  • een nieuwe baan
  • trouwen
  • het krijgen van een kind

Soms gebeurt er te veel in een korte tijd. Het kost inspanning en tijd om de gebeurtenissen te verwerken en u aan te passen aan de veranderingen. Als dat niet goed lukt, kunt u overspannen raken.

Verplichtingen

Verplichtingen

Dat zijn alle dingen die u moet of wilt blijven doen, bijvoorbeeld:

  • normale taken, zoals de zorg voor de kinderen, het huishouden en uw werk of studie
  • andere activiteiten die u gepland heeft zoals hobby's of sporten, een cursus, een opleiding of een verbouwing
  • contact houden met familie, vrienden of buren
  • zorgen voor een oudere of zieke persoon (mantelzorg)

Om al deze dingen te kunnen (blijven) doen, moet u zich inspannen, plannen en het overzicht bewaren. Als u te veel moet doen blijft er vaak te weinig tijd over om te ontspannen. U raakt vermoeid en uitgeput.

    Problemen

    Problemen

    Problemen ontstaan als dingen anders gaan dan u zou willen, bijvoorbeeld:

    • met uw baas of collega's, met uw familie, partner of kinderen
    • met uzelf of met uw gezondheid
    • met werk, studie, geld of wonen

    Problemen kosten altijd extra inspanning, omdat u probeert ze op te lossen, te vermijden of ermee om te gaan. U kunt overspannen worden wanneer u veel problemen heeft, en geen overzicht meer heeft over mogelijke oplossingen.

    Grotere kans

    Wanneer loopt u extra risico op overspanning?

    Iedereen kan overspannen raken. Overspanning komt veel voor. De kans op overspanning is groter

    • als u in het verleden veel dingen heeft meegemaakt die spanning geven
    • als u al eens overspannen bent geweest
    • als u veel ziek bent geweest in het afgelopen jaar
    • als u niet weet hoe u dingen moet regelen en wie u daarbij kan helpen
    • als u weinig steun krijgt van uw omgeving
    • als u het aanpakken of oplossen van problemen uit de weg gaat, als u het steeds goed wilt doen en geen nee kunt zeggen
    Herstel na overspanning

    Hoe herstel ik van overspanning?

    Probeer uw dagelijkse activiteiten zoveel mogelijk te blijven doen, of snel weer op te pakken. Door actief te blijven, herstelt u het beste.

    Het herstel na overspanning verloopt in 3 fasen:

    Fase 1: Begrijpen en accepteren

    Pas als u begrijpt en accepteert dat u overspannen bent, kunt u herstellen. Kijk welke activiteiten u kunt blijven doen. En welke activiteiten u beter (tijdelijk) kunt stoppen. Het kan zijn dat u (gedeeltelijk) kunt blijven werken of studeren. Maar soms kan een korte periode van rust nodig zijn, waarin u even helemaal niet werkt of studeert.

    Fase 2: Problemen op een rij zetten en oplossingen bedenken

    Bedenk welke problemen bij u extra spanning geven. Hoe gaat u met die spanning om? Daarna gaat u oplossingen bedenken voor deze problemen. Bedenk hoe u voortaan anders met deze problemen om kunt gaan.

    Fase 3: De bedachte oplossingen uitvoeren

    In de derde fase gaat u de bedachte oplossingen uitvoeren. U probeert problemen op te lossen. En op een andere manier met spanningen om te gaan.
    U kunt steeds meer activiteiten oppakken. U krijgt weer grip op uw leven.

    Lees meer bij herstellen van overspanning.

    Behandeling

    Begeleiding en behandeling bij overspanning?

    Uw huisarts of de praktijkondersteuner (poh-ggz) begeleidt u bij uw herstel. U komt één keer in de 2 tot 4 weken op het spreekuur.

    U kijkt samen welke problemen u kunt oplossen. U kijkt ook naar de manier waarop u met spanning (stress) omgaat. En hoe u in de toekomst met spanning om kunt gaan.

    • Zijn er problemen op uw werk? Of hebben de spanningen gevolgen voor uw werk? Bespreek het met uw werkgever. Neem ook contact op met de bedrijfsarts.
    • Zijn er problemen met uw studie? Of hebben de spanningen gevolgen voor uw studie? Bespreek het met de studie-adviseur.

    Medicijnen helpen niet om sneller te genezen van overspanning.

    Hoe gaat het verder

    Hoe gaat het verder bij overspanning?

    Mensen herstellen meestal goed van overspanning. Niet iedereen herstelt even snel. Wanneer u actief naar oplossingen zoekt, dan is de kans groot dat u uw normale bezigheden geleidelijk weer kunt oppakken. Meestal lukt dit binnen enkele weken tot maanden.

    Bestaan de klachten langer dan 6 maanden en bent u moe en uitgeput? Dan noemen we dat een burn-out.

    Als u behoefte heeft aan meer begeleiding, dan kan de huisarts u naar een psycholoog verwijzen. Meer informatie over de hulpverlening vindt u in het onderwerp Psychische klachten.

    Meer informatie
    Deze tekst is aangepast op
    GGZ
    NHG

    Vond je deze informatie nuttig?

    Vond je deze informatie nuttig?
    Heb je een tip hoe wij Thuisarts.nl kunnen verbeteren?