Ik zie minder goed en denk dat ik staar heb

In het kort

In het kort

  • Door staar zie je wazig en zie je kleuren minder helder.
  • Heb je veel last van je klachten? Maak een afspraak in de brillenwinkel.
  • Daar kunnen ze je doorsturen naar een oogarts als je dat wilt.
  • Voor het onderzoek door de oogarts krijg je oogdruppels. Hierdoor kun je een paar uur niet goed zien.
  • Het is handig om iemand mee te nemen naar de afspraak bij de oogarts.
Wat is staar?

Wat is staar?

Achter de pupil in je oog zit een lens. Normaal is deze lens helder. Bij staar is de lens niet meer helder. Dit wordt ook wel troebel genoemd.

Door de troebele lens zie je minder goed. Dat kan heel vervelend zijn. Je kunt problemen krijgen met bijvoorbeeld lezen, televisie kijken of autorijden.

Wat merk je van staar?

Wat merk je van staar?

Door staar kun je deze klachten hebben:

  • wazig zien
  • kleuren minder helder zien
    Je ziet kleuren soms iets geler of bruiner.
  • dubbelzien als je met 1 oog kijkt
  • in het donker slecht zien
    Om lampen en lantaarnpalen zie je een grote lichtbol. Dit heet ook wel een halo.
Wanneer bellen als je denkt dat je staar hebt?

Wanneer bellen als je denkt dat je staar hebt?

Zie je minder goed? En denk je dat je misschien staar hebt? Maak dan een afspraak bij een brillenwinkel met een oogexpert (optometrist).
Let op: vraag na of in de brillenwinkel een optometrist werkt. Dat is niet in alle brillenwinkels zo.
Is er geen optometrist bij jou in de buurt? Een opticien in de brillenwinkel kan ook je ogen testen.

Denkt de optometrist dat je staar hebt en heb je daar last van? Dan kan de optometrist je doorsturen naar een oogarts. Die onderzoekt je ogen.
De opticien kan je niet doorsturen naar een oogarts, maar wel naar de huisarts. Je huisarts kan je doorsturen naar een oogarts.

Waar kan staar door komen?

Waar kan staar door komen?

Staar kan komen door deze dingen:

  • ouder worden
    De lens in je oog wordt langzaam minder helder.
  • sommige ziektes, bijvoorbeeld diabetes (suikerziekte)
  • sommige medicijnen, bijvoorbeeld prednison
  • een ongeluk aan je oog
  • een ontsteking in je oog
  • bestraling van je hoofd of hals

Staar kan ook aangeboren zijn. Dit betekent dat je staar hebt gekregen voordat je werd geboren. Bijvoorbeeld doordat je moeder tijdens de zwangerschap een ziekte kreeg, zoals rodehond.

Staar op jonge leeftijd komt soms in de familie voor en is dan erfelijk.

prednison

Prednison is een bijnierschorshormoon, ook wel corticosteroïd genoemd.
Bijnierschorshormonen remmen ontstekingen en overgevoeligheidsreacties. Ze zijn ook nodig om energie, mineralen en zouten vrij te maken en op te slaan.

Artsen schrijven prednison voor bij:

  • Ziektes met ernstige ontstekingen. Bijvoorbeeld luchtwegontstekingen (zoals COPD), reumatische aandoeningen (zoals reuma, polymyalgie en jichtaanvallen), darmziekten (namelijk colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn), het syndroom van Sjögren, bepaalde oogontstekingen, clusterhoofdpijn, lupus erythematodes (LE), ernstige huidontstekingen (zoals bij lepra), bepaalde bloedziekten (zoals de bloedstollingsziekte ITP), de ziekte van Duchenne (spierziekte), Bellverlamming (een vorm van gezichtsverlamming), bij nierziektes, zoals het nefrotisch syndroom en bij netelroos. Ook bij ontstekingen bij tuberculose (van het hartzakje en van de hersenen).
    Bij ontstekingsziekten wordt het op verschillende manieren gebruikt: in een hoge dosering voor een paar dagen tot weken (stootkuur) en in een lagere dosering voor meerdere maanden (langdurige behandeling). Artsen schrijven het meestal voor als stootkuur.
  • Prednison wordt ook gebruikt om afstotingsreacties tegen te gaan. Na orgaantransplantaties en als onderdeel van een behandeling bij kanker.
  • Ook wordt het gebruikt om een tekort aan lichaamseigen bijnierschorshormonen aan te vullen. Zoals bij de bijnierziekten de ziekte van Addison, de ziekte van Cushing en het adrenogenitaal syndroom. Als het op deze manier gebruikt wordt heet het substitutietherapie.

Ziektes waarbij prednison wordt gebruikt zijn:

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.
Welk onderzoek krijg je om te weten of je staar hebt?

Welk onderzoek krijg je om te weten of je staar hebt?

Met een oogonderzoek kan een oogarts meestal zien of je staar hebt. Je krijgt oogdruppels in je ogen. Hierdoor worden je pupillen wijder. De arts kijkt dan in je ogen met een lampje en met een soort microscoop (spleetlamp).

Met het onderzoek controleert de oogarts deze dingen:

  • de sterkte van je bril of lenzen
  • hoe goed je kunt zien
  • de druk van je oogbol
  • de verschillende onderdelen van je oog, zoals de lens

Door de oogdruppels zie je een paar uur waziger. Je kunt dan ook niet goed tegen fel licht. Daarom is het fijn om een zonnebril te dragen na het onderzoek. Je mag na het onderzoek niet zelf rijden. Het is daarom handig iemand mee te nemen naar de afspraak, zodat je zelf niet hoeft te rijden.

Hoe gaat het verder bij staar?

Hoe gaat het verder bij staar?

Als je staar hebt, zal dit langzaam erger worden. Je ziet steeds iets minder goed. Hoe snel dat gaat, verschilt per persoon. Sommige mensen kunnen na een aantal maanden niet meer goed zien. Anderen zien pas na jaren niet meer goed.

Als je veel last hebt van staar, kun je een staaroperatie krijgen. De oogarts vervangt dan de troebele lens door een kunstlens. Je kunt dan weer beter zien.

Met de oogarts bespreek je de voordelen en nadelen van een staaroperatie. Samen beslissen jullie wat het beste bij je past: afwachten of een staaroperatie.

Meer informatie over onderzoek naar staar

Meer informatie over onderzoek naar staar

Meer informatie over staar en contact met andere mensen die staar hebben, kun je vinden via de Oogvereniging. Je kunt ze ook op de Ooglijn bellen: 030 294 54 44.

FMS
Deze tekst is aangepast op

Vond je deze informatie nuttig?

Vond je deze informatie nuttig?
Heb je een tip hoe wij Thuisarts.nl kunnen verbeteren?