In het kort
- Een arts kan jou middelen geven waardoor je overlijdt: euthanasie.
- Praat met je arts over waarom je dit zou willen. En bij welke klachten.
- In de wet staan regels voor euthanasie.
- Het mag bijvoorbeeld alleen als je heel erg lijdt. En als er voor jou geen andere oplossingen meer zijn.
Wat is euthanasie?
Euthanasie is doodgaan met hulp van een arts. Een arts geeft je medicijnen die een einde aan je leven maken.
Misschien denk je hier wel eens aan. Omdat je erg lijdt en niet meer verder wilt leven. Of omdat je misschien euthanasie wilt in de toekomst.
Euthanasie is iets anders dan palliatieve sedatie. Dit kan alleen als je nog 2 weken of korter te leven hebt. Het is een medicijn waardoor je minder of niet meer wakker bent. Je gaat niet eerder dood door dat medicijn.
Praten over euthanasie
Denk je dat je euthanasie wilt? Praat er dan over met je arts.
Dit kan je huisarts zijn, je arts in het verpleeghuis, je arts in het ziekenhuis of je psychiater.
Je arts vraagt waarom je euthanasie zou willen. En bij welke klachten je dat zou willen. Lijd je nu te erg? Of ben je bang dat dat in de toekomst gaat gebeuren?
Je praat vaker met je arts over je wens. Ook als je wens niet voor nu is, maar voor later. Je arts wil zeker weten dat je wens niet is veranderd. Zelf moet je zeker weten dat je het wilt. Ook je arts moet begrijpen waarom je het wilt. En begrijpen dat dit voor jou de enige oplossing is.
Als je arts geen euthanasie doet
Soms willen artsen geen euthanasie doen. Ze zijn dat ook niet verplicht.
Je arts vertelt dan waarom die dit niet wil. Bijvoorbeeld door het geloof van je arts. Of omdat je arts vindt dat je geen euthanasie kunt krijgen in jouw situatie.
Je kunt dan naar een andere arts gaan of naar het Expertisecentrum Euthanasie. Je arts kan je daar advies over geven.
Past je vraag bij de regels voor euthanasie?
In de wet staan regels voor euthanasie. Je arts bekijkt of je vraag om euthanasie past bij die regels:
- Je wilt de euthanasie zelf. Je doet het niet voor iemand anders.
- Je hebt er heel goed over nagedacht. En je blijft er hetzelfde over denken.
- Je lijdt heel erg (ondraaglijk).
- Je lijden zal niet stoppen of minder worden (uitzichtloos).
- Er zijn voor jou geen andere oplossingen meer om het lijden te stoppen.
- Je weet genoeg over hoe het met je gaat. En over je toekomst, bijvoorbeeld over behandelingen.
- Je weet precies wat euthanasie is en hoe het gaat.
Er komt altijd nog een andere arts bij je langs (een SCEN-arts). Dat is verplicht.
Praten over wat heel erg lijden voor jou is
Euthanasie kan alleen als het zeker is dat je heel erg lijdt.
In de gesprekken met je arts praat je over jouw lijden. Over hoe jij dit ziet en voelt. Wat lijden is, is voor iedereen anders. Welke klachten zijn voor jou zo erg dat je niet meer wilt blijven leven?
Het kan bijvoorbeeld gaan om klachten zoals:
- jouw wens om niet nog zieker te worden
- heel erge pijn
- heel erg benauwd zijn
- erge angst, depressie of in de war zijn
- niet meer zelf naar de wc kunnen of uit bed kunnen komen en daaronder lijden
Bang voor lijden
Je kunt heel bang zijn voor ergere klachten, zoals pijn, benauwd zijn of in de war zijn. Die angst kan zo erg zijn dat je niet meer wilt leven. Ook al heb je op dit moment geen last van zulke klachten.
Praat hier met je arts over. Samen kijk je of er iets aan je angst te doen is.
Praten met een geestelijk verzorger
Misschien vind je het prettig om over je leven te praten met een geestelijk verzorger. Je kunt een geestelijk verzorger bij jou in de buurt vinden via geestelijkeverzorging.nl.
Op papier schrijven dat je om euthanasie vraagt
Je kunt opschrijven dat je om euthanasie vraagt, nu of in de toekomst. Dit heet een schriftelijk euthanasie-verzoek. Je kunt dit maken voor situaties waarin je zelf niet meer om euthanasie kunt vragen.
Het is heel belangrijk dat je een schriftelijk euthanasieverzoek in je eigen woorden opschrijft. En dat altijd bespreekt met je arts en je naasten.
In een schriftelijk euthanasie-verzoek moet je in ieder geval dit opschrijven:
- waarom je euthanasie wilt
- bij welke klachten je dat wilt
- de datum waarop je dit hebt geschreven
- je naam en je handtekening
Geef deze brief aan je familie en aan je arts.
Je hoeft hiervoor dus niks bij een notaris te regelen.
Let op: Alleen een brief aan je arts geven is niet genoeg. Regelmatig praten met je arts over euthanasie is heel belangrijk.
Een schriftelijk euthanasie-verzoek betekent niet dat je euthanasie krijgt. Je arts moet steeds opnieuw bekijken of het mag volgens de regels. En of je arts het in die situatie wil doen.
Je vindt hieronder een voorbeeld.
Euthanasie bij dementie
Bij dementie wordt het steeds moeilijker om informatie te begrijpen. En om beslissingen te nemen. Ook over euthanasie. Je wordt langzaam wilsonbekwaam: je kunt dan niet meer zelf beslissingen nemen.
Of euthanasie bij dementie nog kan, hangt af van de situatie. En hoe ver de dementie is. Euthanasie in de late fase van dementie gebeurt heel weinig.
- Het is belangrijk dat je met dementie op tijd vraagt om euthanasie, als je dat wilt.
- Wacht niet af tot de late fase van dementie.
Vroege fase dementie
Je hebt net gehoord dat je dementie hebt. Je kunt dan meestal nog zelf beslissingen nemen. Ook kun je meestal nog goed uitleggen dat je euthanasie wilt. En waarom. Bijvoorbeeld omdat je je eigen karakter verliest. Of omdat je bang bent dat te verliezen. Of omdat je bang bent om niet meer voor jezelf te kunnen zorgen.
- Praat daarom in deze vroege fase met je arts over euthanasie.
- Je kunt ook een schriftelijk euthanasie-verzoek maken als je dat wilt.
Als je dit hebt, is het niet zo dat je later altijd euthanasie kunt krijgen. Kijk hieronder bij Late fase dementie.
Midden-fase dementie
In deze fase wordt praten over euthanasie steeds moeilijker. Soms kun je nog wel zelf beslissen over euthanasie. Soms niet.
Misschien twijfelt je arts hierover. Dan kan die advies vragen aan een andere arts.
Late fase dementie
In de late fase van dementie kun je niet meer zelf beslissen over euthanasie. Meestal kan euthanasie dan niet meer.
Euthanasie kan dan alleen nog als deze 2 dingen allebei zo zijn bij jou:
- Je hebt een schriftelijk euthanasie-verzoek gemaakt toen je nog wel zelf kon beslissen. Je hebt daar ook regelmatig met je arts over gepraat.
- Jouw situatie voldoet aan alle regels die in de wet staan.
Het moet duidelijk zijn dat je op dat moment heel erg lijdt. Anders mag euthanasie niet. Maar in de late fase van dementie lijden veel mensen niet meer. Of ze laten merken dat ze niet meer dood willen. Je kunt het op dat moment ook niet meer vertellen.
Familie of vrienden mogen niet om euthanasie vragen voor jou.
Euthanasie bij een psychische ziekte
Euthanasie kan soms ook als je een psychische ziekte hebt. Maar door de psychische ziekte is het moeilijker om te bepalen of euthanasie volgens de regels mag.
Bijvoorbeeld of je met jouw ziekte zelf beslissingen kunt nemen. En of jouw wens voor euthanasie uit jouzelf komt of uit jouw ziekte. En misschien zijn er nog manieren om je te helpen.
Artsen willen zeker weten dat euthanasie de enige manier is om je te helpen. Omdat dat zo ingewikkeld is, moeten er altijd meer artsen meekijken.
Soms stuurt je arts je door naar het Expertisecentrum Euthanasie.
Euthanasie als je niet meer kunt praten
Soms kunnen mensen niet meer praten. Bijvoorbeeld door een beroerte, de ziekte van Parkinson of ALS. Vertellen en uitleggen waarom je euthanasie wilt, gaat dan misschien niet meer.
Euthanasie kan dan alleen nog als dit zo is:
- Je kunt nog wel duidelijk maken aan je arts dat je euthanasie wilt, en waarom. Dat kan bijvoorbeeld door het te typen. Maar ook door te knikken met je hoofd of bijvoorbeeld te knijpen in de hand van je arts als die dingen aan je vraagt.
Soms kun je na een beroerte zelf geen beslissingen meer nemen. Je bent dan wilsonbekwaam. Vaak kan euthanasie dan niet meer. Euthanasie kan soms nog wel als deze dingen kloppen bij jou:
- Je hebt een schriftelijk euthanasie-verzoek gemaakt toen je nog wel zelf kon beslissen. Daarin heb je eerder opgeschreven in welke situaties je euthanasie wilt. Je hebt hier vaker over gepraat met je arts.
- Jouw situatie voldoet aan alle regels die in de wet staan.
Je moet bijvoorbeeld lijden. Anders mag euthanasie niet.
Je familie mag niet voor jou om euthanasie vragen.
Hoe gaat het verder als je euthanasie wilt?
Ben je gezond, of nog niet erg ziek? Praat regelmatig met je arts. Dan weet die wat je wensen voor later zijn. En kijk of je schriftelijke euthanasie-verzoek nog klopt.
Lijd je aan een ziekte en wordt het niet meer beter? En wil je euthanasie? Als je arts de euthanasie wil doen, begint de voorbereiding. Kijk daarvoor verder bij Ik krijg euthanasie.
Er komt altijd nog een andere arts bij je langs (een SCEN-arts). Dat is verplicht.
Je arts, de SCEN-arts en de apotheek hebben genoeg tijd nodig om alles voor de euthanasie goed te regelen.
Je situatie kan in die tijd veranderen. Je kunt vanzelf overlijden aan je ziekte. Of je mening verandert en je wilt nog blijven leven. Je kunt altijd zeggen dat je de euthanasie toch niet wilt.
Meer informatie over euthanasie
- Folder Praat op tijd over je levenseinde van de Patiƫntenfederatie.
- Folder over de SCEN-arts van artsen-organisatie KNMG.
- Praatkaart met tekeningen over euthanasie van Pharos.
- Informatie over euthanasie van de overheid.
- Een geestelijk verzorger zoeken: geestelijkeverzorging.nl.
- Over rouwen: MIND Hulplijn.
Over deze tekst
Artsen en tekstschrijvers van Thuisarts hebben deze informatie gemaakt met:
- de richtlijnen voor artsen over euthanasie
- adviezen voor artsen over praten over het levenseinde (KNMG)
- het stappenplan euthanasie voor artsen
Lees wie de informatie van Thuisarts maakt.
Lees wat een richtlijn is en hoe die wordt gemaakt.