Ik kies voor een hormoonring om niet zwanger te worden
In het kort
- De hormoonring zorgt ervoor dat je niet zwanger wordt.
- Het is een plastic ring die je zelf in je vagina doet.
- In de hormoonring zitten 2 hormonen.
- De hormoonring kan 3 weken blijven zitten.
- Daarna draag je de hormoonring 7 dagen niet. Je wordt dan ongesteld.
- Je hebt meer kans op een bloedprop in een ader dan bij de pil (trombose).
Wat is een hormoonring?
De hormoonring is een voorbehoedmiddel dat ervoor zorgt dat je niet zwanger wordt als je seks hebt. Het is een soepele ring van ongeveer 5 centimeter groot die je zelf in je vagina doet. De meeste vrouwen voelen de hormoonring niet zitten.
De hormonen in de hormoonring zorgen ervoor dat je niet zwanger wordt. De kans is heel klein dat je toch zwanger wordt. Per jaar worden minder dan 5 van de 1000 vrouwen toch zwanger.
Wil je de hormoonring gaan gebruiken? Maak dan een afspraak bij je huisarts. Je krijgt van je huisarts een recept. Daarna kun je de hormoonring meestal direct bij je apotheek halen. Daar kun je ook extra informatie krijgen over de hormoonring.
Hoe werkt de hormoonring?
In de hormoonring zitten 2 hormonen: oestrogeen en progestageen. Deze hormonen werken hetzelfde als bij de pil (combinatiepil). Maar bij de hormoonring komen ze via je vagina in je bloed.
De hormonen in de hormoonring zorgen er op deze manier voor dat je niet zwanger wordt:
- Je hebt geen eisprong.
- Het slijm in je baarmoedermond wordt dikker. Sperma komt daar minder goed doorheen.
- Een bevrucht eitje kan zich niet vastmaken in je baarmoeder.
Je doet de ring zelf in je vagina. De ring kan 3 weken blijven zitten.
Daarna draag je de ring 7 dagen niet. Je wordt dan ongesteld.
Na 7 dagen doe je een nieuwe ring in je vagina, en zo verder.
Meestal hebben jij en je partner geen last van de hormoonring. Sommige mensen voelen de ring tijdens de seks. Als je dat niet fijn vindt, kun je de ring eruit halen. Doe de hormoonring dan binnen 3 uur na de seks weer in je vagina. Dan blijf je beschermd tegen zwanger worden.
Geen bescherming tegen soa
De hormoonring beschermt niet tegen een soa. Heb je seks met een nieuw iemand? Gebruik dan condooms. Doe dat bij een nieuw contact of nieuwe relatie minstens 3 maanden.
Wil je daarna seks hebben zonder condooms? Doe dan allebei een soa-test.
Hoe gebruik je een hormoonring?
Hier kun je op letten als je de hormoonring in doet en er weer uit haalt:
Beginnen met de hormoonring
- Doe de ring in op de eerste dag dat je ongesteld wordt. Dan ben je meteen beschermd tegen zwanger worden.
- Doe je de ring in tussen de tweede en vijfde dag nadat je ongesteld werd? Dan ben je niet meteen beschermd tegen zwanger worden. Gebruik dan de eerste 7 dagen een condoom als je seks hebt.
Zo doe je de hormoonring in:
- Druk de ring in elkaar. Duw de ring zo diep mogelijk in je vagina. Als de ring diep genoeg zit, voel je die niet zitten. Verder is het niet belangrijk hoe de ring zit.
- Zet de datum en de tijd waarop je de ring in hebt gedaan in je telefoon of agenda.
Zo haal je de hormoonring eruit:
- Precies 3 weken later haal je de ring weer uit je vagina. Doe dat ongeveer op de tijd dat je de ring in hebt gedaan.
1 week geen ring
- Na die 3 weken draag je 1 week geen hormoonring. Dit heet de stopweek. In die week word je ongesteld.
- Je kunt na 3 weken ook direct een nieuwe hormoonring in doen. Je slaat dan de stopweek over en wordt niet ongesteld.
- Zorg dat je alvast een nieuwe ring in huis hebt.
Na de stopweek
- Na 1 week zonder hormoonring doe je weer een nieuwe hormoonring in. Je begint dus altijd op dezelfde dag van de week.
- Doe dit binnen 12 uur na de tijd waarop je vorige keer de ring in deed. Je bent dan beschermd tegen zwanger worden.
- Doe je de ring meer dan 12 uur na je vaste tijd in? Dan ben je minder goed beschermd tegen zwanger worden. Kijk in de bijsluiter wat je moet doen.
Waar moet je op letten als je een hormoonring gebruikt?
Als je steeds op tijd een nieuwe hormoonring in doet, is de kans dat je zwanger wordt heel klein. Let daarbij op deze dingen:
- Soms komt de hormoonring vanzelf uit je vagina. Bijvoorbeeld als je hard perst tijdens het poepen.
- Doe de ring dan zo snel mogelijk opnieuw in. Doe je dit binnen 3 uur, dan blijf je beschermd tegen zwanger worden.
- Doe je de ring pas na 3 uur of later weer in? Dan ben je niet meer beschermd tegen zwanger worden. Gebruik de komende 7 dagen een condoom als je seks hebt.
Word je niet ongesteld in de week dat je geen hormoonring draagt? Doe dan een zwangerschapstest.
Ben je vergeten om na 1 week een nieuwe hormoonring in te doen? Kijk dan in de bijsluiter wat je moet doen.
Word je met de hormoonring ongesteld?
In de week dat je geen hormoonring draagt, word je ongesteld. Meestal ben je korter ongesteld dan zonder hormoonring. En verlies je minder bloed.
Je kunt uitstellen wanneer je ongesteld wordt. Dit kan tot 1 jaar. Je blijft dan beschermd tegen zwanger worden.
Uitstellen wanneer je ongesteld wordt, gaat zo:
- Haal de hormoonring na 3 weken uit je vagina.
- Doe daarna direct een nieuwe hormoonring in. Je slaat de week zonder hormoonring dus over. Je wordt dan niet ongesteld.
- Na 3 weken haal je de ring uit je vagina. De stopweek begint en je wordt ongesteld. Of je doet weer een nieuwe hormoonring in.
Stel je langer uit wanneer je ongesteld wordt, dan is de kans groter dat je tussendoor bloed verliest.
Verlies je bloed als je niet ongesteld bent? Maak dan een afspraak met je huisarts.
Wat zijn de bijwerkingen van de hormoonring?
De hormoonring heeft dezelfde bijwerkingen als de pil. De eerste 3 maanden kun je last hebben van 1 of meer van deze dingen:
- hoofdpijn
- gespannen borsten
- somber zijn
- minder zin in seks hebben
- een beetje bloedverlies op dagen dat je niet ongesteld bent
Meestal gaan deze dingen na 3 maanden weg.
Sommige vrouwen die de hormoonring gebruiken, krijgen jeuk in hun vagina. En meer afscheiding.
Wat zijn de risico's van de hormoonring?
Als je de hormoonring gebruikt, heb je een grotere kans op deze dingen:
- een bloedprop in een bloedvat (trombose)
Dit risico is iets groter dan bij de pil. - ziektes van hart en bloedvaten
Dit risico wordt groter als je rookt en 35 jaar of ouder bent. Of migraine met aura hebt. - borstkanker
Bij vrouwen onder de 35 jaar is dit risico heel klein.
Wanneer is een hormoonring niet geschikt voor je?
Soms kun je de hormoonring niet gebruiken. Of kun je beter een ander voorbehoedmiddel kiezen.
Niet geschikt
Je kunt de hormoonring niet gebruiken als 1 of meer van deze dingen voor jou zo zijn:
- Je bent jonger dan 18 jaar.
Er is geen onderzoek gedaan naar de hormoonring bij jongeren die jonger zijn dan 18. - Je hebt borstkanker. Of je hebt borstkanker gehad.
Heb je geen borstkanker maar andere mensen in je familie wel? Dan kun je misschien erfelijke borstkanker hebben. Overleg dan met je arts of je de hormoonring kunt gebruiken. - Je rookt en bent 35 jaar of ouder.
De hormoonpleister geeft dan een grotere kans op ziektes van hart en bloedvaten. Je huisarts kan je helpen om te stoppen met roken. - Je hebt migraine met aura en je rookt.
De hormoonring geeft dan meer kans op een beroerte. - Je hebt een hartaanval of beroerte gehad. De hormoonring geeft dan meer kans op weer een hartinfarct of beroerte.
- Je hebt een bloedprop in een ader gehad (trombose of longembolie).
De hormoonpleister geeft dan een grotere kans dat je weer trombose of een longembolie krijgt. - Je hebt diabetes en je bloedsuikers zijn vaak te hoog. Of je hebt door je diabetes meer problemen met je gezondheid.
- Je gebruikt medicijnen waardoor de hormoonpleister minder goed werkt.
Bijvoorbeeld sommige medicijnen tegen epilepsie. Je kunt dan zwanger worden.
Minder geschikt
Je kunt de hormoonring beter niet gebruiken als je een grotere kans hebt op ziektes van hart en bloedvaten. Bijvoorbeeld als 1 of meer van deze dingen voor jou zo zijn:
- Je rookt en je bent jonger dan 35 jaar.
- Je hebt migraine met aura, maar je rookt niet.
- Mensen in je familie hebben voordat zij 65 waren een ziekte van hart en bloedvaten gehad. Of een bloedprop in een ader (trombose).
Weet je niet zeker of je een iets grotere kans hebt op ziektes van hart en bloedvaten? Bespreek dit met je huisarts.
Weet je niet zeker of je de hormoonring kunt of wilt gebruiken? Bespreek ook dit met je huisarts.
Hoe gaat het verder als je een hormoonring gebruikt?
Maak 3 maanden nadat je bent begonnen met de hormoonring een afspraak bij de huisarts. Samen bespreek je hoe het gaat.
Heb je veel last van bijwerkingen? Neem dan eerder contact op met je huisarts.
Je kunt op elk moment stoppen met de hormoonring. Bijvoorbeeld als je zwanger wilt worden. Je kunt dan meestal snel zwanger worden.
Wanneer bellen als je een hormoonring gebruikt?
Maak een afspraak bij je huisarts bij 1 of meer van deze dingen:
- Je bent de hormoonring vergeten en weet niet wat je moet doen.
- Je hebt last van de bijwerkingen van de hormoonring. Of je hebt vragen over de hormoonring.
- Je verliest bloed als je niet ongesteld bent.
Meer informatie over een hormoonring
- Informatie van Rutgers: seksualiteit.nl
- Informatie vooral voor jongeren: Sense
- Informatie in 16 talen: Zanzu
- Hulp om te kiezen welk voorbehoedmiddel bij je past, vooral voor jongeren: seksualiteit.nl
Over deze tekst
Artsen en tekstschrijvers van Thuisarts hebben deze informatie gemaakt met de richtlijn voor huisartsen over voorbehoedmiddelen.
Lees wie de informatie van Thuisarts maakt.
Lees wat een richtlijn is en hoe die wordt gemaakt.