In het kort

  • De arts in het ziekenhuis stelt vragen en onderzoekt je lichaam.
  • Meestal krijg je nog meer onderzoeken. Bijvoorbeeld:
    • een echo en CT-scan
    • bloedonderzoek
    • een kijkoperatie
    • een buikoperatie
  • Na de onderzoeken hoor je van de arts of je eierstok-kanker hebt.

Wat is eierstok-kanker?

Bij eierstok-kanker groeien kankercellen in 1 of 2 eierstokken of je eileiders.

Je eierstokken liggen onderin je buik, dichtbij je baarmoeder. Je eileiders lopen van je eierstokken naar je baarmoeder.

De kankercellen kunnen ook naar andere plekken in je lichaam gaan. Dit zijn uitzaaiingen. Deze kankercellen kunnen dan op andere plekken in je buik groeien. En ze kunnen ook buiten je buik komen, bijvoorbeeld in je borstholte.

Meer dan de helft van de vrouwen heeft al uitzaaiingen als de ziekte wordt ontdekt.

De meeste vrouwen met eierstok-kanker zijn ouder dan 60 jaar.

Wat merk je bij eierstok-kanker?

Eierstok-kanker geeft geen klachten als het alleen in je eierstokken zit. De meeste vrouwen merken dan nog niets.
Meestal krijg je pas klachten als de kanker groot is. Of als er uitzaaiingen zijn. Daardoor wordt eierstok-kanker vaak pas laat ontdekt.

Je kunt deze klachten hebben bij eierstok-kanker:

  • pijn onderin je buik
  • een vol gevoel
  • een opgeblazen buik, je kleding kan dan strak gaan zitten
  • moe zijn
  • afvallen zonder dat je er iets voor doet
  • misselijk zijn
  • vaker plassen dan normaal
  • plas moeilijk kunnen ophouden (urineverlies)
  • minder zin hebben in eten
  • niet of moeilijk kunnen poepen (verstopping)
  • diarree
  • een verandering in de vorm van je poep (zo smal als een potlood)

Deze klachten kunnen ook door iets anders komen. Bijvoorbeeld een prikkelbare darm. Of een blaasje met vocht op je eierstok (cyste op de eierstok).

Wie hebben een grotere of kleinere kans op eierstok-kanker?

Het is niet duidelijk waardoor eierstok-kanker komt. Artsen zien wel steeds vaker dat het begint met kanker in de eileiders.
Sommige vrouwen hebben een grotere kans op eierstok-kanker door een gen-fout in de familie.

Grotere kans als jij of iemand in je familie een bepaalde gen-fout heeft

Eierstok-kanker kan erfelijk zijn. Meestal is dat niet zo.
Bij erfelijke eierstok-kanker zit er een fout in een gen. Met zo’n gen-fout heb je een grotere kans op eierstok-kanker. Als iemand in je familie een gen-fout heeft, heb je zelf ook een grotere kans op die gen-fout.
Van de 100 vrouwen met eierstok-kanker hebben ongeveer 12 een erfelijke vorm van eierstok-kanker. Bij 88 van de 100 vrouwen met eierstok-kanker is het niet erfelijk.

Kleinere kans op eierstok-kanker

Je hebt een kleinere kans op eierstok-kanker als 1 of meer van deze dingen voor jou kloppen:

  • Je slikt de pil of je hebt de pil geslikt.
  • Je bent 2 keer of vaker zwanger geweest.
  • Je hebt borstvoeding gegeven.
  • Je eileiders zijn weggehaald bij een operatie.
  • Je hebt een operatie gehad waarbij je eileiders werden dichtgemaakt met een klemmetje. Dit heet sterilisatie.

Welke onderzoeken naar eierstok-kanker krijg je in het ziekenhuis?

In het ziekenhuis kom je bij een arts die veel weet over kanker van eierstokken en eileiders (gynaecoloog).

Gesprek en onderzoek van je lichaam

De arts stelt vragen. Bijvoorbeeld over je klachten en of iemand anders in je familie eierstok-kanker heeft of heeft gehad.

De arts onderzoekt ook je lichaam:

  • De arts voelt aan je buik om te onderzoeken of er een bult of vocht in zit.
  • Ook voelt de arts of de lymfeklieren in je hals of liezen dikker zijn.
    Lymfeklieren zijn belangrijk bij je afweer. Als kanker naar andere plekken in je lichaam gaat, is dat vaak eerst naar de lymfeklieren.
  • De arts bekijkt de binnenkant van je vagina en de baarmoederhals. Daarvoor doet die voorzichtig een spreider in je vagina.
  • De arts voelt met of 1 of 2 vingers in je vagina of er een bult zit.
  • Soms voelt de arts daarna nog met 1 vinger in je anus (poepgat). Zo kan die voelen of de kanker misschien groeit naar het laatste stukje van de dikke darm (endeldarm).

Bloed laten prikken

Dit is om te kijken of je meer van het stofje CA 125 dan normaal in je bloed hebt. Dan kan het eierstok-kanker zijn, maar dat hoeft niet. Er zijn ook andere ziektes waardoor er meer CA 125 in je bloed kan zitten. Bijvoorbeeld bij een blaasje met vocht op je eierstok (cyste op de eierstok) of een ontsteking in je buik. En als je niet meer CA 125 dan normaal in je bloed hebt, kun je toch eierstok-kanker hebben. Daarom is meestal meer onderzoek nodig.

Welke onderzoeken naar eierstok-kanker krijg je nog meer?

Je krijgt na het gesprek en onderzoek van je lichaam meestal nog meer onderzoeken. Soms krijg je hiervoor een nieuwe afspraak in het ziekenhuis.

Echo

Dit is een onderzoek met geluidsgolven. Op een beeldscherm kan de arts zien of je eierstokken er normaal uitzien.
Je krijgt een echo van je buik. De arts gaat dan met het echo-apparaat over je buik.
Meestal krijg je ook een echo via je vagina. De arts doet een staafje met glijmiddel in je vagina. Het doet geen pijn. Dit onderzoek duurt korter dan 5 minuten.

CT-scan

Een CT-scan gaat met röntgenstralen. Het is een soort 3D-foto van de binnenkant van je lichaam. Je krijgt een CT-scan met contrastmiddel. Met dit onderzoek kan de arts zien of er misschien uitzaaiingen zijn.

Onderzoek van vocht in je buik en longen

Als de arts ziet dat er vocht in je buik of achter je longen zit, krijg je een onderzoek. Dit heet een punctie.

Eerst wordt je huid verdoofd. Bij vocht in je buik, prikt de arts met een dunne naald door je huid in je buik.
Bij vocht achter je longen prikt de arts met een dunne naald tussen 2 ribben tot in de ruimte tussen je longen.

De naald zuigt cellen en vocht op. Het onderzoek kan pijn doen. De cellen en het vocht worden in het laboratorium onderzocht op kankercellen.

Onderzoek van een bult in je buik

Ziet de arts een bult in je buik? Dan kan de arts hier een stukje van weghalen. Dit heet een biopt. Vaak kijkt de arts met een echo of CT-scan waar de bult precies zit. Je huid wordt eerst verdoofd. Dan haalt de arts met een dunne naald een stukje weg.
In het laboratorium wordt het stukje onderzocht op kankercellen.

Een operatie

Soms weet de arts na deze onderzoeken nog niet of je eierstok-kanker hebt. Dan is een kijkoperatie van je buik nodig. En soms een buikoperatie. Hierbij worden stukjes eierstok uit je buik gehaald. Soms wordt je hele eierstok weggehaald. De stukjes eierstok worden in het laboratorium onderzocht op kankercellen.

Hoe gaat het verder na de onderzoeken?

Na de onderzoeken hoor je van de arts of je wel of geen eierstok-kanker hebt.

Geen eierstok-kanker

Als het geen eierstok-kanker is, dan ben je vaak opgelucht. Toch kan het zijn dat de schrik en onzekerheid over de uitslag heftig zijn geweest. Het is goed om erover te praten. Dat kan met iemand die je goed kent, zoals familie of een vriend. Of met je huisarts.

Soms is er een andere oorzaak gevonden voor je klachten, bijvoorbeeld een cyste op je eierstok. Je bespreekt dan met je arts of er een behandeling nodig is.

Wel eierstok-kanker

Meestal weet de arts al ongeveer hoe ernstig de eierstok-kanker bij jou is. Soms is toch meer onderzoek nodig om te weten hoe ernstig de ziekte bij jou is.
Daarna kijk je samen met je arts welke behandelingen je kunt en wilt krijgen.

Vaak hoor je ook of jouw eierstok-kanker erfelijk is. Het kan een aantal weken duren voordat je dit hoort.

Het kan een grote schok zijn als je hoort dat je eierstok-kanker hebt. Je hebt misschien veel vragen en veel zorgen. Die kun je altijd bespreken met de arts of verpleegkundige in het ziekenhuis. Of met je huisarts. Je arts kan je doorsturen naar een psycholoog als je dat wilt.
Ook contact met andere vrouwen met eierstok-kanker kan prettig zijn. Je kunt ze leren kennen via patiënten-organisatie Olijf.

Meer informatie over eierstok-kanker

Over deze tekst

FMS
Deze tekst is aangepast op