Ik rouw

In het kort

In het kort

  • Rouwen doe je op je eigen manier.
  • Je kunt bijvoorbeeld verdrietig, eenzaam of boos zijn. En lichamelijke klachten hebben, zoals hoofdpijn.
  • Praat erover met anderen. Probeer elke dag te bewegen en gezond te eten.
  • Wordt de rouw na 6 maanden niet minder? En lukken gewone dingen niet meer goed, zoals eten en slapen? Neem dan contact op met je huisarts.
Wat is rouw?

Wat is rouw?

Rouwen is de manier waarop je reageert op een groot verlies. Er zijn veel soorten verlies. Bijvoorbeeld:

  • verlies van je partner, kind, familielid of vriend door overlijden
  • verlies van je gezondheid door ziekte
  • verlies van je partner na een relatie
  • verlies van een baan
  • verlies van de hoop op een kind

Rouw die eerder begint

Je kunt ook rouwen om verlies dat nog moet komen. Bijvoorbeeld als iemand erg ziek is en misschien gaat overlijden. Je kunt je dan bijvoorbeeld angstig en gestrest voelen. Wel kun je je in die tijd vaak al voorbereiden op het verlies. En ermee leren omgaan. Na het verlies kan je rouw dan minder heftig zijn.

Iedereen rouwt anders

Door te rouwen, leer je om te gaan met je verlies. Dat kost tijd. Ook rouw je op je eigen manier:

  • Hoe lang rouw duurt, is voor iedereen anders.
  • Het verschilt per dag hoe je je voelt. Bijvoorbeeld: de ene dag voel je je best goed, de andere dag misschien erg verdrietig.
  • Elk mens denkt en voelt andere dingen.
  • Rouw kan in elke cultuur anders zijn.
Wat merk je bij rouw?

Wat merk je bij rouw?

Op een groot verlies kun je op veel manieren reageren. Je gevoelens, gedrag, lichamelijke klachten en gedachtes horen bij je rouw. Ze gaan meestal vanzelf weer over.

Gedrag en gevoelens

Je gedrag kan anders zijn als je rouwt. En je kunt je anders voelen. Vaak ervaar je verschillende dingen tegelijk, zoals:

  • eenzaam zijn
  • heel somber zijn
  • verdrietig zijn
  • je gestrest voelen
  • je angstig voelen
  • je opgelucht voelen
  • je schuldig voelen, bijvoorbeeld omdat je je opgelucht voelt
  • spijt hebben
  • boos zijn
  • je onrustig voelen
  • nergens zin in hebben
  • opeens veel dingen willen doen
  • heel erg graag bij de overleden persoon willen zijn
  • minder mensen willen zien en spreken

Gedachtes

Tijdens de rouw kun je andere gedachtes hebben. Bijvoorbeeld:

  • Je denkt bijna de hele dag aan die persoon of het verlies.
  • Je kunt het verlies niet geloven of accepteren.
  • Je kunt je aandacht niet meer goed bij dingen houden.
  • Je denkt dat je leven weinig zin meer heeft.
  • Je denkt negatief over jezelf.
  • Je denkt: 'Waarom gebeurt dit mij?' Of: 'Wat betekent dit verlies voor mij?'
  • Je denkt aan zelf dood willen.

Lichamelijke klachten

Bij rouw kun je bijvoorbeeld last hebben van deze dingen:

  • hoofdpijn
  • buikpijn
  • duizelig zijn
  • pijn op je borst
  • minder zin in eten
  • afvallen
  • zwaarder worden
  • problemen met slapen
  • moe zijn
  • makkelijker ziek worden
  • klachten die lijken op de klachten van de overleden persoon
Wat kun je doen als je rouwt?

Wat kun je doen als je rouwt?

Rouwen kost tijd. In die tijd leer je om met het verlies om te gaan. De een heeft meer tijd nodig dan de ander. Deze dingen zijn belangrijk als je rouwt:

  • Neem de tijd die jij nodig hebt om te rouwen.
  • Zorg tijdens de rouw goed voor jezelf.

Zo voel je je steeds een beetje beter. Deze adviezen kunnen je helpen:

Praten, herinneren en contact met anderen

  • Praat met mensen die je vertrouwt. Zoals je partner, een vriend of familielid. Vertel hoe je je voelt en wat je denkt. Zo kunnen zij je beter steunen.
  • Zeg wat je nodig hebt. En of je hulp kunt gebruiken. Bijvoorbeeld in het huishouden of door je kinderen van school te halen. Mensen vinden het vaak fijn om te helpen.
  • Herinneringen kunnen helpen om met het verlies om te gaan. Bekijk bijvoorbeeld foto's of schrijf herinneringen op.
  • Misschien heb je vragen over het leven, zoals: 'Wat geeft mijn leven zin?' Of: 'Wat vind ik nu belangrijk?' Praat hierover. Dat kan ook met een hulpverlener die veel weet over zingeving (geestelijk verzorger).

Goed voor jezelf zorgen

  • Ga op vaste tijden naar bed en sta op tijd op. Kleed je elke dag aan. Regelmaat geeft rust en duidelijkheid, ook als je het moeilijk hebt.
  • Heb je werk? Probeer te blijven werken. Dan denk je even aan andere dingen dan het verlies. Ook het contact met mensen kan je een beter gevoel geven. Merk je dat werken te veel voor je is? Overleg met je werkgever of je tijdelijk minder kunt werken. Of ander werk kunt doen waarbij je minder aandacht nodig hebt.
  • Eet gezond en op vaste tijden.
  • Drink geen alcohol en gebruik geen kalmerings-middelen of drugs. Aan drugs, kalmerings-middelen en alcohol kun je verslaafd raken.

Bewegen, slapen en ontspannen

  • Probeer te bewegen en te sporten. Denk aan wandelen, fietsen, hardlopen of naar de sportschool gaan.
  • Ben je niet gewend om elke dag te bewegen? Begin dan met 10 minuten per dag wandelen. Bijvoorbeeld in een park of bos. De natuur geeft veel mensen een rustiger gevoel. Beweeg steeds een beetje meer. Totdat je elke dag een half uur of meer beweegt.
  • Slaap je niet goed? Kijk voor adviezen bij beter slapen. Tijdens de slaap herstelt je lichaam. Daardoor kun je beter omgaan met spanning.
  • Probeer te ontspannen. Bijvoorbeeld door rustig te ademen. Of doe bijvoorbeeld yoga of mindfulness-oefeningen om te ontspannen.
  • Hou overdag korte pauzes: ga een paar minuten zitten of liggen.
  • Probeer dingen te doen die je leuk vindt. Zoals je hobby's of afspreken met vrienden. Ook daardoor kan je spanning minder worden.
Zelf hulp vinden bij rouw

Zelf hulp vinden bij rouw

Je kunt ook hulp krijgen om met je rouw om te gaan. Deze hulp kun je zelf regelen. Bijvoorbeeld:

Online cursus

Tijdens een online cursus leer je om met het verlies om te gaan. Kijk bijvoorbeeld bij Mentaal Vitaal. Of vraag je huisarts of praktijkondersteuner naar online hulp.

Advies, hulp en informatie

Op deze websites vind je informatie over rouw. Ook kun je gratis advies en hulp krijgen:

Praten met anderen

  • Praat met andere mensen in jouw situatie. Dit zijn lotgenoten. Zij herkennen wat je voelt en denkt. Vaak praat je in een groep. Dit kan ook online. Vraag bijvoorbeeld je huisarts, de praktijkondersteuner of het sociaal wijkteam voor adressen.
  • Praat met iemand die veel weet over rouw (rouwbegeleider). Bel bijvoorbeeld het Landelijk Steunpunt Rouw voor adressen bij jou in de buurt: 033 461 68 86.

Centrum en academie

Bij een zelfregie-centrum of herstel-academie leer je wat je nodig hebt om met je verlies om te gaan. Bijvoorbeeld tijdens een cursus. Of tijdens gesprekken met mensen die ook rouwen. Meedoen is gratis. Kijk op MIND Atlas voor adressen bij jou in de buurt. Of vraag informatie bij het sociaal wijkteam.

Wat als je rouw niet overgaat?

Wat als je rouw niet overgaat?

Soms gaat je rouw niet vanzelf over. Dit noemen we een langdurige rouwstoornis. Hier hebben ongeveer 10 van de 100 mensen die rouwen last van.

Dit merk je als je rouw niet overgaat:

  • Na 1 jaar voelt je rouw nog net zo erg als in het begin.
  • Voor het verlies had je ook al klachten die je nu hebt. Je voelde je bijvoorbeeld erg somber.
  • Je kunt het verlies moeilijk accepteren.
  • Je wilt heel graag bij de persoon zijn die er niet meer is. Misschien voel je die wens steeds sterker. En denk je bijna nergens anders meer aan.
  • De dagelijkse dingen lukken niet meer goed. Zoals slapen, eten, werken of het huishouden doen.
  • Je hebt geen zin in contact met anderen. Of om leuke dingen te doen, zoals je hobby's.

Grotere kans

Soms heb je een grotere kans op rouw die niet overgaat. Bijvoorbeeld in deze situaties:

  • De overleden persoon is een gezinslid. Bijvoorbeeld je partner of kind.
  • De overleden persoon was jong.
  • Het overlijden was plotseling.
  • Voor het verlies had je al klachten die je ook hebt nu je rouwt. Je voelde je bijvoorbeeld erg verdrietig of somber.
  • Er zijn nare dingen met de overleden persoon gebeurd. Denk aan moord of zelfmoord. Of iemand is vermist.
  • Voor en na het verlies kreeg je weinig steun van andere mensen.
  • Je hebt voor iemand gezorgd en dat vond je zwaar. Je had weinig tijd voor jezelf.
  • Je hebt problemen met je eigen gezondheid.
  • Je vindt het altijd lastig om met moeilijke dingen in het leven om te gaan.
Behandeling van rouw die niet overgaat

Behandeling van rouw die niet overgaat

Bij rouw die niet overgaat, voel je na 1 jaar nog heel erge rouw. Wordt de rouw 6 maanden na het verlies niet minder? En kun je gewone dingen niet meer goed, zoals eten en slapen? Dan heb je een grotere kans op rouw die niet overgaat.

Ga dan naar je huisarts. Samen kijk je welke hulp het beste bij je past:

  • Meestal stuurt de huisarts je door naar een psycholoog.
  • Je kunt bijvoorbeeld met gesprekken en oefeningen leren om anders te denken. Dat verandert hoe je je voelt en wat je doet. Dit heet cognitieve gedragstherapie.
  • Ook kunnen je hersenen leren om minder heftig op het verlies te reageren. Hiervoor gebruikt de psycholoog bijvoorbeeld een bewegend lampje. Deze therapie noemen we EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing).
  • Soms krijg je medicijnen tegen depressie (antidepressiva) bij de therapie.
  • Je kunt ook online hulp krijgen. De psycholoog kan je hier meer informatie over geven.
  • Samen met de psycholoog maak je een plan. Hierin staat bijvoorbeeld hoe je rouw-klachten herkent. En wat je kunt doen als ze erger worden.
Wanneer bellen bij rouw?

Wanneer bellen bij rouw?

Denk je aan zelfmoord? Bel direct je huisarts of de huisartsen-spoedpost. Je kunt ook dag en nacht 113 of 0800 0113 (gratis) bellen. Of met iemand chatten via 113.nl.

Maak een afspraak bij je huisarts in deze situaties:

  • Je rouw wordt 6 maanden na het verlies niet minder. Je blijft je bijvoorbeeld erg somber voelen.
  • Je voelt je steeds somberder.
  • Gewone dingen lukken niet meer goed, zoals eten en slapen.
  • Om de rouw niet te voelen gebruik je alcohol, medicijnen of drugs.
Meer informatie over rouw

Meer informatie over rouw

GGZ
Deze tekst is aangepast op

Vond je deze informatie nuttig?

Vond je deze informatie nuttig?
Heb je een tip hoe wij Thuisarts.nl kunnen verbeteren?