Ik heb nierschade en krijg hiervoor onderzoek in het ziekenhuis

man heeft nierschade

In het kort

  • Als je nierschade hebt, werken je nieren minder goed.
  • Meestal zit er eiwit in je plas.
  • Soms is onderzoek in het ziekenhuis nodig. Bijvoorbeeld als je nieren snel slechter gaan werken.
  • Vaak is met onderzoek van je bloed of plas of een echo te zien waardoor je nierschade hebt.
  • Soms is niet duidelijk waar de nierschade door komt.

Wanneer naar het ziekenhuis bij nierschade?

Je huisarts kan overleggen met een arts in het ziekenhuis in deze situaties:

  • Je hebt veel eiwit in je plas.
  • Het is niet duidelijk waardoor je nierschade hebt.
  • Je nieren werken veel slechter dan eerst.
  • Je nieren werken ineens veel slechter.
  • De behandeling bij je huisarts helpt niet genoeg.

Met de adviezen van de arts in het ziekenhuis kan je huisarts vaak verdergaan met de behandeling.
Soms stuurt je huisarts je door naar het ziekenhuis voor verder onderzoek.

Wat is nierschade?

Je nieren doen veel in je lichaam. Met filters maken ze je bloed schoon. Ook maken ze hormonen en regelen ze het vocht en zout in je lichaam.

Als je nierschade hebt, kunnen je nieren dit minder goed:

Je bloed schoonmaken

Er blijven daardoor te veel afvalstoffen in je bloed. Je plast minder afvalstoffen uit.

Hormonen maken

Je nieren maken hormonen die belangrijk zijn voor deze dingen:

  • Een goede bloeddruk
    Bij nierschade kun je een hoge bloeddruk krijgen.
  • Rode bloedcellen maken
    Bij ernstige nierschade kun je bloedarmoede krijgen.
  • Vitamine D actief maken
    Vitamine D is nodig om ervoor te zorgen dat kalk in je bloed komt. Via je bloed gaat de kalk naar je botten. Je krijgt vitamine D vooral uit zonlicht op je huid. En een beetje uit je eten. Je nieren maken deze vitamine D daarna actief. Bij nierschade lukt dat niet goed. Je hebt dan minder actief vitamine D en daardoor minder kalk. Je botten kunnen dan zwakker worden (botontkalking).

Regelen dat er precies genoeg vocht en zouten in je lichaam zitten

Bij ernstige nierschade kun je vocht vasthouden, bijvoorbeeld in je benen. Er kunnen ook te veel zouten in je bloed blijven zitten.

Wat merk je bij nierschade?

Als je nierschade nog niet erg is, merk je hier vaak zelf nog niets van.
In je plas (urine) en je bloed is in het laboratorium al wel te zien dat je nierschade hebt. Er zitten bijvoorbeeld eiwitten in je plas of te veel afvalstoffen in je bloed.

Als de nierschade ernstig is, kun je 1 of meer van deze klachten krijgen:

  • jeuk
  • misselijk zijn
  • minder zin in eten hebben
  • hoofdpijn
  • moe zijn
  • slecht slapen of veel slapen

Welke onderzoeken kun je in het ziekenhuis krijgen bij nierschade?

In het ziekenhuis kom je bij een arts die veel weet over nierziektes (nefroloog).

Gesprek en onderzoek

De arts vraagt of je klachten hebt en welke medicijnen je gebruikt. Vertel het ook als je medicijnen gebruikt die je zonder recept kunt kopen bij de drogist of apotheek.

De arts onderzoekt je lichaam en meet onder andere je bloeddruk.

Bloed prikken

In je bloed is in het laboratorium te zien hoe goed je nieren werken:

  • hemoglobine of Hb
    Dit is een eiwit dat zuurstof in je lichaam vervoert. Bij nierschade kan er minder hemoglobine in je bloed zitten.
  • creatinine
    Dit is een afvalstof die in je bloed opstapelt als je nieren niet goed werken.
  • bloedsuiker (glucose)
    Veel bloedsuiker in je bloed kan betekenen dat je diabetes (suikerziekte) hebt. Door te veel bloedsuiker bij diabetes kunnen je nieren nog meer beschadigen.

Onderzoek van je plas (urine)

Soms moet je een klein potje plas inleveren. Soms moet je 24 uur lang je plas sparen.
In je plas is in het laboratorium te zien hoe goed je nieren werken:

  • eiwitten
    Als de filters in je nieren beschadigd zijn, kunnen er eiwitten doorheen lekken. Die eiwitten komen in je plas terecht.
  • bloed
    Als je nierfilters ontstoken zijn, kan er bloed in je plas zitten.

Welke onderzoeken kun je nog meer in het ziekenhuis krijgen bij nierschade?

Soms krijg je na het gesprek en onderzoek van je bloed en plas meer onderzoeken. Soms krijg je hiervoor een nieuwe afspraak in het ziekenhuis.

Echo

Soms krijg je onderzoek om te zien hoe je nieren of blaas eruitzien. Dat kan met bijvoorbeeld een echo van je buik en rug. Dit is een onderzoek met geluidsgolven. Op een scherm kan de arts zien hoe je nieren en blaas eruitzien. En of je misschien nierstenen hebt en je plas goed kan weglopen. De echo duurt ongeveer een half uur. Het doet geen pijn.
Vaak geeft een echo al genoeg informatie en is er verder geen onderzoek nodig.

Stukje nier onderzoeken (biopsie)

Soms is het nodig om een stukje nier te onderzoeken. De arts haalt dan met een naald een heel klein stukje nier weg. Dit heet een biopsie.
Je krijgt een verdoving op de plek waar de arts de naald prikt. Met een echo kijkt de arts waar je nier precies zit.
Het stukje nier wordt in het laboratorium onderzocht. Zo is soms te zien waardoor je nierschade hebt.
Voor dit onderzoek moet je 1 of 2 dagen naar het ziekenhuis. De meeste mensen mogen de volgende dag weer naar huis.

Hoe gaat het verder na de onderzoeken in het ziekenhuis?

Na de onderzoeken krijg je een gesprek bij de arts in het ziekenhuis. Meestal kan de arts vertellen waardoor je nierschade komt.
Soms is dat nog niet duidelijk. Dan is misschien extra onderzoek nodig. Maar het kan ook gebeuren dat niet duidelijk wordt waardoor je nierschade komt.

Je arts bespreekt met je hoe erg je nierschade is en wat het beste bij jouw situatie past. Bijvoorbeeld 1 van deze dingen:

Meer informatie over nierschade

Over deze tekst

Deze tekst is aangepast op