Ik heb etalagebenen en overweeg een ingreep in het ziekenhuis

In het kort

In het kort

  • Bij etalagebenen kan looptraining uw klachten verminderen.
  • Als looptraining onvoldoende helpt, zijn mogelijke behandelingen:
    • dotteren
    • het plaatsen van een stent
    • het verwijderen van de verstopping met een operatie
    • een bypassoperatie
  • Daarna is het belangrijk om:
    • weer door te gaan met de looptraining en
    • gezond te blijven leven.
Behandeling

Behandelingen van etalagebenen

Bij etalagebenen gaat u meestal eerst looptraining doen met begeleiding van een fysiotherapeut. Ook werkt u aan een gezonde leefstijl en krijgt u medicijnen tegen te hoge bloeddruk, cholesterolverlagers en bloedverdunners.

Geeft de looptraining na 6 maanden onvoldoende resultaat? Of verergeren de klachten tijdens de looptraining? Dan overlegt de huisarts met u of u naar een vaatspecialist in het ziekenhuis wilt. Daar krijgt u verdere onderzoeken. De arts overlegt met u welke behandeling voor u het beste is.

Vertel aan uw arts welke medicijnen u gebruikt. Bepaalde medicijnen kunnen namelijk nadelig werken bij een ingreep in het ziekenhuis.

Bypass of slagaderoperatie

Bypass of schoonmaken van de slagader bij etalagebenen

Soms helpt een dotterbehandeling of het plaatsen van een stent niet bij etalagebenen. Het kan ook zijn dat u een zeer uitgebreide vernauwing heeft of dat de vernauwing op een plaats zit waar een dotter niet kan (bijvoorbeeld in de liesslagader).

Dan zijn deze operaties mogelijk:

  • een omleidingsoperatie (ook wel bypassoperatie genoemd) of
  • het plaatselijk verwijderen van de verstopping met een operatie. Dit heet een slagaderoperatie.

Zie voor meer informatie over deze operaties en de risico’s: 's nachts pijn in het been door slagadervernauwing.

Dotteren - stent

Dotteren en plaatsen van een stent bij vernauwing van de beenslagader

Dotteren

Bij een dotterbehandeling wordt de vernauwing in uw bloedvat met een soort ballonnetje open geduwd.
Dotteren gebeurt meestal op de röntgenafdeling van het ziekenhuis.

  • Eerst worden uw bloedvaten met contrastvloeistof zichtbaar gemaakt.
  • De vaatspecialist brengt via een slagader in uw lies een dunne draad naar de vernauwing. Dit gebeurt onder plaatselijke verdoving.
  • Over de draad schuift de arts een ballonnetje naar de vernauwing. Daar wordt het ballonnetje opgeblazen. Op die manier rekt het bloedvat op en verbetert de bloedstroom.
  • Bij een dotterbehandeling is het mogelijk een stent in de vernauwing plaatsen.

Een stent

Het kan zijn dat een dotterbehandeling niet genoeg geholpen heeft: het bloed kan na de dotterbehandeling nog steeds niet goed doorstromen. Dan kan een stent worden geplaatst.

Een stent is een soort balpenveertje van metaal. Het geeft de vaatwand extra ondersteuning en voorkomt dat het bloedvat na het dotteren weer terugveert.

Er is geen bewijs dat het beter is om al tijdens een dotterbehandeling meteen een stent te plaatsen.

Na een dotterbehandeling of plaatsing van een stent

  • Na de behandeling drukt de arts het prikgat in de slagader een tijdje stevig dicht.
  • Vervolgens krijgt u een drukverband dat enkele uren moet blijven zitten.
  • De eerste uren zal een verpleegkundige uw bloeddruk, polsslag en lies regelmatig controleren.
  • Als u alleen bent opgenomen voor een dotterbehandeling of plaatsing van een stent, kunt u meestal dezelfde dag weer naar huis. Het is wel belangrijk dat u de eerste 48 uur rustig aan doet. Til geen zware dingen en loop niet al teveel trappen.

Bij het dotteren of het plaatsen van een stent komen weinig complicaties voor. Soms ontstaat er een bloeduitstorting in de lies of op de benen.

Hoe gaat het verder

Hoe gaat het verder na een behandeling in het ziekenhuis voor etalagebenen?

Na een dotterbehandeling, plaatsing van een stent of operatie:

  • is het belangrijk om de looptraining weer op te pakken;
  • kunt u met een gezonde leefstijl verergering van de vaatziekte helpen voorkomen. Dat betekent onder andere: stoppen met roken als u nog rookt, veel wandelen en gezonde voeding.

Dotteren van de beenslagaders is redelijk succesvol. Toch is het niet altijd een succes: het bloedvat kan na verloop van tijd opnieuw vernauwen. Soms vernauwt het bloedvat zich meteen na het dotteren weer. Dat komt door een plaatselijke reactie van de vaatwand.

Als u een bypassoperatie heeft gehad met een eigen ader, is controle in het ziekenhuis nodig. Binnen 3 maanden wordt de bypass gecontroleerd. U krijgt gedurende 2 jaar medicijnen die de stolling van het bloed tegengaan (orale anticoagulantia (OAC)). De trombosedienst gaat u dan controleren.

Amputatie

Amputatie bij etalagebenen / slagadervernauwing

Bij vernauwing van een beenslagader is zelden een amputatie nodig. Een amputatie is het afzetten van een teen, voet of been. Dit is een zeer ingrijpende gebeurtenis.

Er zijn verschillende situaties waarin de arts toch een amputatie kan voorstellen. Het gaat dan altijd om een ernstige levensbedreiging door afsterven van weefsel. Dit kan komen door:

  • een ernstige afsluiting van een slagader;
  • een langdurige infectie die het been extra bedreigt;
  • ondraaglijke pijnklachten, veroorzaakt door zenuw- of vaatschade.

Na een amputatie zult u een revalidatietraject ingaan. Samen met de revalidatiearts bekijkt u wat het traject voor u precies zal inhouden.

Wanneer bellen

Wanneer contact opnemen met de huisarts na een ingreep bij etalagebenen?

Bel uw huisarts:

Bel met spoed uw huisarts als:

  • u plotseling heftige pijn in uw been krijgt
  • het been bleek en koud wordt en doof aanvoelt
  • uw been opeens kracht verliest.

Dit zijn verschijnselen van een plotselinge afsluiting van een beenslagader. U moet dan snel naar het ziekenhuis.

Meer informatie

Meer informatie bij vernauwing van de beenslagader

We hebben deze tekst gemaakt met:

Deze tekst is aangepast op
FMS

Vond je deze informatie nuttig?

Vond je deze informatie nuttig?
Heb je een tip hoe wij Thuisarts.nl kunnen verbeteren?